730
Zelden, zegt Mr. Pols, heeft eene wetgeving zulk een voortdurende
en algemeene afkeuring ondervonden als de militaire wetgeving van
1814-1815. Telkens zijn nieuwe stemmen gerezen om haar te ver-
oordeelen, geene enkele om haar te verdedigen. De heele weten
schappelijke bouw van het C. W. verdient afkeuring.Het is,
als ware de wetgever van den wetenschappelijken grondslag onbewust
geweestals had hij het Reglement slechts, even als de oude
artikelbrieven, als eene reeks van strafbepalingen beschouwd, die
men naar willekeur kon vermeerderen en aanvullen.
Geen wonder dus, dat zich telkens stemmen hebben verheven en
nog steeds verheffen tegen het houdbare van deze wetgeving.
Sedert de invoering zijn eveDwel reeds meer dan 80 jaren ver-
loopen, en nog laat de zoo zeer gewenschte afdoende herziening op
zich wachten
En toch heeft het ten deze aan goeden wil van de zijde der Regeering
niet ontbroken, herhaaldelijk zijn loffelijke pogingen gedaan om tot
herziening te geraken.
Doch steeds tevergeefs
Waaraan dit nu toe te schrijven is?
Sprekende over het bij Koninklijke Boodschap van 1 Maart 1868
aan de Tweede Kamer ingezonden ontwerp tot herziening der militaire
wetgeving, zeut Mr. Pols, dien aangaande: De welmeenende 'poging
der Regeering stuitte af op den onwil der Ticeede Kamer, die zich
ongezind toonde het ontwerp in behandeling te nemen. Drie malen
ingediend en met de meeste onverschilligheid ontvangenverviel het
drie malen door het sluiten der zitting en ten laatste gaf de Regeering
de nuttelooze poging op
Zou die onverschilligheid nu opgehouden hebben te bestaan? Wij
gelooven het niet; althans van eenige belangstelling voor deze
zaak van de zijde der volksvertegenwoordiging is tot nu toe niets
gebleken.
Wij durven daarom dan ook niet gelooven, dat thans meer kans
bestaat, dan een 20 tal jaren geleden, dat men zelfs in een verwijderd
verschiet de regeling van 1814 en 1815, hoewel men deze van den
beginne af aan slechts als provisioneel schijnt te hebben beschouwd,
door eene definitieve, meer met de algemeen gehuldigde beginselen