737
8 Amb. fuseliers,
8 Inl. fuseliers.
Art. 3.
Deze detachementen kunnen op verzoek van hunne commandanten
door den post, waar zij zich bevinden, of door de aangrenzende posten
versterkt worden met 1 officier en zoovele gegradueerden en ongegra-
dueerden als de detachementscommandanten noodig oordeelen. De post-
commandanten zijn verplicht aan dit verzoek te voldoen voor zoover de
veiligheid van hun post dit toelaat.
Art. 4.
Als detachementscommandanten treden op de 1® luitenant J. M. van den
Ende en de 2" luitenant M. Neelmeijer. Zij hebben de bevoegdheid
hunne onderhoorigen te kiezen.
Art. 5.
Het detachement onder den 1™ luitenant van den Ende is Ketapang
Doewa, dat onder Neelmeijer Lampeneroet voorloopig als standplaats
aangewezen.
Art. 6.
De detachementen zijn vrij van alle garnizoens- en inwendige diensten
en zoodoende ten allen tijde beschikbaar voor nachtelijke excursies.
Art. 7.
De detachementscommandanten ontvangen slechts bevelen van of van.
wege den Civielen en Militairen Gouverneur.
Art. 8.
De detachementscommandanten bepalen de tenue en de bewapening
alsmede het getal patronen, waarmede zal worden uitgerukt. Zij zijn
niet gebonden aan uur van vertrek, uur van terugkomst of nacht van
uitrukken; zij geven echter te voren van hunne plannen per telepboon
kennis aan den Civielen en Militairen Gouverneur.
Art. 9.
De linie- en postcommandanten zijn verplicht, den detachementscom
mandanten mededeeling te doen van al hetgeen zij van deu vijand ver
nemen.
Art. 10.
Ieder postcommandant is verplicht, den detachementen bij de excursies de
noodige hulp te verleenen met dwangarbeiders, tandoe's, enz. en in het alge-