757 aangeschreven en andere personen, die als spion belangrijke diensten bewijzen, ter beoordeeling van den Assistent Resident van Groot Atjeh. De bovenvermelde hoofden en verdere personen zullen ten bewijze, dat het hun vergund is een blank wapen te dragen, een pas ontvangen en op aanvraag moeten vertoonen, ingericht volgens model Litt. A., waarop eveneens zal worden vermeld het aantal gewapende volgelingen, dat het betrokken hoofd met zich mag voeren. Yan het vertoonen van dezen pas zijn uitgezonderd Toekoe Neq Radja Moeda Setia, hoeloebalang van Merasa, ridder der orde van den Neder- landschen Leeuw, en andere hoofden en grooten, indien zij met die rid derorde zijn of worden begiftigd en het ordeteeken op hun borst dragen. Art. 3. Atjehers, die zonder daartoe gerechtigd te zijn, met eenig vuur- of blank wapen worden aangetroffen, zullen gearresteerd en, bij poging tot ontvluchting of bij verzet, als vijanden beschouwd en neergeschoten worden. Art. i. Alle mannelijke Atjehers en Arabieren, niet behoorende tot de per sonen, in art. 2 genoemd, en wonende binnen het gebied door den pos tenketen ingesloten, moeten voorzien zijn van een pas volgens model Litt. B (op wit papier). Art. 5. Ten einde aanraking van de bevolking buiten de linie met ons bestuur in de hand te werken, mogen de Atjehers van buiten over dag aan alle posten, behalve Kota Pohama, binnen de linie toegelaten worden. Art. 6. Doortocht langs de blokhuizen of versterkte wachthuizen en op an dere plaatsen tusschen de posten in is streng verboden; zij, die dit verbod overtreden, worden gearresteerd en bij poging tot ontvluchting of bij verzet als vijanden beschouwd en neergeschoten. Art. 7. De postcommandant, bij wien zich Atjehers van buiten aanmelden om binnen de linie te worden toegelaten, voorziet hen hoofdelijk van een pas Litt. C op geel papier; hij neemt hunne wapens in en teekent het aantal en de soort der aangehouden wapens op den geelen pas aan. Bij terugkeer naar buiten neemt hij den geelen pas in en worden de wapens teruggegeven. Aan vrouwen en kinderen behoeft geen pas uitgereikt te wordenheb ben zij wapens bij zich dan moeten deze echter tegen afgifte van een recu ingenomen worden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 282