798 rige hoofddoeken boven het lange gras; er viel niet meer aan te twijfelen of het waren muiters, die onze pionniers bekropen. „De brandals!" (muiters), waarschuwde De Truy, tegelijkertijd over den muur den luitenant Yurstenberg toeroepende om met zijne manschappen naar boven te komen, aangezien de ongewapende pion niers zich moeilijk konden te weer stellen. Het was inderdaad eene bende muiters, die zich achter den majoor Le Bron de Yexela verzameld had, en de pionniers bedreigde. Voordat de Sumanappers een der ladders tegen den muur geplaatst hadden men had dezen voorzorgsmaatregel verzuimd in de meening, dat de barricade spoedig zoude opgeruimd zijn waren de muiters reeds met groot misbaar uit de struiken gesprongen. De pionniers, ongewapend als zij waren, konden onmogelijk weer stand biedeneen onbeschrijfelijke verwarring was hiervan het ge volg. Een gedeelte redde zich, hevig achtervolgd, op de schietstel- lingen en sprong over deu muur; 15 bekwamen door den sprong zware kneuzingen, enkelen bleven bewusteloos liggen. Een klein aantal, dat zich niet tijdig uit de voeten kon maken, verschanste zich achter de opgestapelde balken eu klapperstammen en verdedigde zich met gereedschappen en met de lansen, welke de vluchtende vijand bij de bestorming had achtergelaten. Deze overval had plaats, juist toen de majoor Van der Wijck en de kapitein De Stuers den kraton den rug hadden gekeerd, om den opperbevelhebber het welslagen der bestorming te rapporteeren. Zij hadden nog geen honderd schreden afgelegd, toen het geweer vuur en het oorverdoovend geschreeuw der muiters hun aandacht trokken. Hun eerste beweging was terug te keeren, want zij wisten, dat Le Bron de Vexela, in den kraton gekomen, terstond zich in bewe ging had gesteld om den vijand te achtervolgen. Intusschen hadden de Sumanappers een paar ladders tegen den muur geplaatst, welke de beide officieren en luitenant De Truy haastig beklommen, om den toestand te overzien. Deze was zeer hachelijk Terwijl majoor Van der W-ijck zich omkeerde en den luitenant De Koek toeriep bij de 2e colonne om hulp te vragen, bekwam ka-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 323