847 Hoofdzaak bij de sluiting is het beletten van den buitenlandschen handel. Men zou daarvan meer resultaat hebben gehad, indien de gelieele kust gesloten ware geweest; maar men ging slechts tot eene partieele sluiting over om zijne aandacht aan bijzaken te wijden het beletten van de vischvangst en de communicatie te water van de kuststaatjes onderlingmaar daardoor waren er meer oorlogsschepen noodig dan wanneer men op die bijzaken niet had behoeven te letten; nu lagen de oorlogsschepen meestal stil, anders hadden zij meer kunnen kruisen.. De sluiting zou dan ook minder gekost hebben. Daar, waar de laatste sluiting werkelijk bestond, deed zij geen gebrek aan levensbehoeften ontstaan, maar werkte zij slechts belem merend op den handelmaar juist daar waar die sluiting gebrek aan levenrbehoeften zou hebben doen ontstaan, namelijk aan de Oostkust en in de Paseistreek, werd öf de sluiting weggelaten öf vergunning tot rijstinvoer gegeven; terwijl de Gouverneur van Atjeh en Onder- hoorigheden, die de laatste sluiting aan de Indische regeering had voorgesteld, de handhaving er van noemde „de laatste troef die wij speelden nadat wij tot die sluiting waren overgegaan, omdat alle andere middelen om aan het verzet des vijands een einde te maken waren uitgeput, omdat wij „ten einde raad" waren. Wanneer nu de sluiting wordt toegepast op kustgedeelten, waar geen gebrek aan levensmiddelen kan ontstaan dan door natuurrampen, terwijl zij juist daar wordt weggelaten, waar zij gebrek aan levensmiddelen zou hebben doen ontstaan, dan is de vraag gewettigd, waarom de laatste slui ting moest gehandhaafd blijven. Met zoodanige sluiting zou „de onderwerping der Kemalapartij" nog lang op zich hebben laten wachten. Bij blokkade of bij sluiting zijn het niet zoozeer de schepen als wel de verordeningen en de wijze, waarop zij toegepast worden, die de blokkade of sluiting krachtig of krachteloos maken. De veror deningen moeten aan twee voorwaarden voldoen 1. Van haar moet krachtgeen geschipper uitgaan. 2. Zij moeten bekend zijn aan allen, die tot de uitvoering behooren mede te werken. Alleen van kracht kan kracht uitgaan en deze is dan groot, indien zij niet te kort, maar ook niet te lang, in eene zelfde richting op een zelfde punt

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 374