522 De wijzen waarop het overtrekken van wateren door de cavalerie van verschillende natiën geschiedt, kan men tot eenige hoofd rubrieken terugbrengen, te weten I Manschappen en paarden zwemmen, harnachement en équipe ment al of niet op booten en vlotten. II. Paarden zwemmen, manschappen en harnachement op zelfge maakte vlotten van ruw materiaal of in gerequireerde booten. III. Paarden zwemmen, manschappen en harnachement in bij de uitrusting behoorende opvouwbare booten, of op vlotten van tot de uitrusting behoorende waterdichte opgevulde mond- zakken of schuiltenten. Wanneer men achtereenvolgens deze manieren beschouwt, in verband met de vraag welke voor de Indische cavalerie het meest aan te bevelen zoude zijn, dan valt het volgende optemerken. ad I. Deze manier is de lastigste en het moeielijkst om goed te leeren. Eenmaal echter geoefend, is het wel de eenvoudigste, daar men niets behoeft medetenemen. Aangezien echter het overtrekken van wateren door Indische cavalerie slechts nu en dan zal voorkomen en de voorbereiding daartoe dus geen voornaam deel der opleiding behoeft uit te maken, zoo kan de tijd, dien men aan het leeren zwemmen van manschappen en paarden, al of niet in volledige uitrusting, zou willen besteden, veel nuttiger voor dringender zaken gebruikt worden en is dus deze methode voor onze cavalerie in geenen deele aan te bevelen. Dit sluit niet uit, dat men altijd van de kundigheden van reeds vroeger goed geschoolde zwemmers kan en moet gebruik maken. ad II. Deze methode beveelt zich al dadelijk aan, omdat men hierbij alleen van de paarden vergt, dat zij achter of naast de vlotten of booten gewillig meezwemmen en vlug te water willen gaan. Ik geloof niet, dat we in dit opzicht van onze Indische paarden veel mooielijkheden te verwachten zullen hebben. De meesten zullen wel dadelijk zonder ruiter willen zwemmen; het zou er dus alleen op aankomen hen te leeren kalm bij de vaartuigen te blijven zwemmen en zoo mogelijk deze voorttetrekken. Voorts behoeft men bij deze methode ook slechts weinig of geen materieel (werktuigen) medetevoeren. Doch en dit blijft een groot bezwaar het zal wel altijd zeer

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 41