920
dan ook zulke punten reeds op verren afstand door den aauvaller
te observeeren, ofschoon hij toch omtrent de geschiktste punten voor
den aanval niet veel leert. Hij weet echter wat hij vóór zich heeft
en loopt minder gevaar om mis te tasten en op hindernissen te
stuiten, die hij niet vermoedde. De Atjeher doet het omgekeerde
Hij verbergt zijne benting's, omringt die van hindernissen en legt
ze achter een gordijn van soms ondoordringbare gewassen, die ze,
zelfs op korten afstand, onzichtbaar maken. Indien men ze ontdekt,
staat men reeds onder het bereik van haar vuur. Teruggaan is
dan vaak niet meer mogelijk en zou ook geen nut hebben, want men
zou er de geschiktste punten van aanval niet beter door leeren kennen.
Er schiet d.m niets anders over dan zouder aarzelen aan te vallen,
hetgeen oehoeft het wel gezegd te worden meestal een sprong
in de duisternis is, waarvan de uitslag ouzeker kan zijn.
Ton aanzien van de inrichting der A jehsche benting's, horizontale
projectie, profijl, enz., de tactiek des vijands, zijne bewapening en
zijne pyrotechnie wordt verwezen naar het daaromtrent reeds in
hoofdstuk IV medegedeelde.
Esne oupartijdige beschouwing van den 24-jarigen Atjehschen
oorlog en eeue voldoende kennis van de gebrekkige organisatie van
het Indische leger geven recht tot de conclusie, dat er tal van mi
litaire deugden in dat leger gevon ieu moeten worden om dat te doen,
wat sedert 1873 door dat leger in Aijeh en Ouderhoorigheden is
verricht. In het Europeesch element van dat leger vindt men alle
gegevens vereenigd voor het bezit van eeue beproefde, deugdelijke
krijgsmacht, waarop de Staat kan vertrouwen.
Die oorlog heeft ons ook geleerd, dat wjj over de moreele waarde
van onze Mohamedaansche militairen zéér tevreden mogen zijn. De
geschiedenis onzer in Iudië gevoerde oorlogen bewijst het, dat onze
vijand meer dan eens getracht heeft, onze soldaten van Mohamedaansch
geloof te debaucheeren, d. i. tot desertie over te halen. Gedurende
den Padrioorlog werd in 1835 ontdekt, dat geheime zendelingen
van Toewankoe Tamboesei pogingen in het werk stelden om onze
Javaausche soldaten tot desertie naar de Padri's over te halen. Met dat