934
met hinderlagen worden afgesloten, welke hinderlagen in stelling blij
ven tot zij telegraphisch bevel tot inrukken ontvangen.
Den linieeommandanten wordt opgedragen, terzake de uoodige bevelen
te geven.
Honden. Zooals in de Commandementsorders over de sectorpa-
trouilles sedert 1887 werd gezegd, moest ook in Atjeh, in 't belang
van de waakzaamheid, meer partij van den hond worden getrokken.
Geene betere schildwachten voor de Atjehsche kampong's dan de
honden. Hoe echt Mahomedaansch de Atjeher ook moge zijn, hoe
onrein de hond ook volgens zijne godsdienstige begrippen moge wezen,
zoodat hij dit dier nooit zal aanraken, de kamponghonden waar
aan hij vaak het behoud van zijn leven te danken heeft worden
door hem niet alleen geduld, maar ook gevoed. Wij weten dan ook
sedert 1873, dat de vallei van Groot-Atjeh vol honden ;is. Daar de
sympathie van den Europeeschen soldaat van het Indische leger
voor den hond zich ook ia Atjeh niet verloochend heeft, zoodat ook
de verschillende kazernes in den regel vol honden zijn, meende de
Generaal van Teijn terecht, dat het nuttig kon zijn, te beproeven
van den hond partij te trekken bij onze veldontdekkingen, hinder
lagen en patrouilles. De Generaal Demmeni had in 1885 en 1886
verboden, honden op patrouille mede te nemen, waarschijnlijk om
bij het naderen van de mesigit's de godsdienstige gevoelens der be
volking niet te kwetsen. In 1887 moedigde de Generaal van Teijn
het medenemen van afgerichte honden aan. Alle pogingen tot het
verkrijgen van goed afgerichte honden hebben echter tot dusver in
Indië schipbreuk geleden. (1)
Escortes. Bij Commandementsorder van 19 December 1883 No. 256
beval de militaire commandant van Arjeh en Onderhoorigheden aan om
de escortes bij convooien of transporten niet te zwak te maken. Dit werd
meer dan eens uit het oog verloren. Yerder leest men ia die order
Ontmoeten deze escortes Atjehers met zakken bij zich, waarin wapens
kunnen verborgen zijn, dan dienen die lieden aangehouden en hunne
pakken gevisiteerd te worden.
Yoorts moet aan kleine wachten, aan posten die uitgesteld zij n b. v.
(1) Zie Indisch Militair Tij Ischrift 1889 en 1892.