947 IX. Het bepalen der afstanden moet met zorg plaats hebben. Alle merkbare punten buiten de versterkingen moeten met juistheid worden bepaald en deze aanduiding moet behoorlijk leesbaar bij ieder stuk aanwezig zijn. Die punten moeten uit twee versterkingen, waaruit zij zichtbaar zijn, middels sextant of octant of een ander werktuig ter beschikking van den officier worden bepaald; de aanduiding moet gelijkluidend zijn. Onderlinge samenwerking der naburige posten tot het daarstellen van kruisvuren, waar mogelijk, verdient aanbeveling. Zijn de door die kruisvuren bestreken ruimten eenmaal in de verschil lende versterkingen bekend dan kan men den zich daar vertoonenden vijand dubbel nadeel doen. Het tot dat einde gebruik maken van voorat vastgestelde signalen verdient aanbeveling. Ook door proefschoten kan men tot het bepalen van afstanden geraken, moetende hiervan voornamelijk gebruik worden gemaakt, wanneer er geene merkbare punten zijn of deze niet te zien zijn. Het nachtelijk vuren moet zoo spaarzaam mogelijk worden toegepast. Lichtkogelworpen en, wanneer noodig, het oplaten van seinvuurpijlen zijn hiervan uitgezonderd. De bekende maatregelen voor den nacht in de batterijen mogen nimmer worden verzuimd. Het naleven van reglementaire en technische voorschriften moet, zon der tot kleingeestigheden af te dalen, met zorg worden behartigd. De 2e hoofdofficier der Artillerie en met hem de artillerie-liniecom mandanten hebben het zich ten taak te stellen om dagelijks na te gaan of deze instructie wordt nageleefd. Daar waar men verkeerde opvatting, onervarenheid en bij de mindere gegradueerden soms zelfs onkunde opmerkt, zal men zich beijveren, hen terecht te wijzen en ook nagaan of zulks tot verbetering leidt. X. De artilleriecommandanten gedragen zich overigens naar de grondbeginselen, vervat in de Algemeene Order No. 7, 3, van 1849. XI. De militaire en artilleriecoramandauten blijven, ieder voor zooveel hun aangaat, in den ernstigen zin verantwoordelijk voor de nauwkeurige opvolging dezer instructie en voor die gevallen, waarin afwijkingen urgent zijn, ook voor deze. Ieder hunner moet van een exemplaar dezer instructie voorzien zijn, en ten blijke, dat zij daarmede bekend zijn, zullen zij een generalen legger voor gezien moeten afteekenen, hetgeen vooral ook bij de verwisseling- van personeel moet worden in acht genomen. (1) (1) Deze instructie werd in 1886 buiten werking gesteld.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 482