974 het veelvuldig behandelen van die gevallen, waarin herhaaldelijk moet worden gecorrigeerd het meest vruchtdragend voor het theoretische onderwijs is. In dit geval is men zoowel bij de methode met den dobbelsteen als bij den schiettoestel van den schrijver evenals bij de practische oefeningen geheel aan het toeval overgeleverd. Het kan zijn, dat men veel interessante gevallen op ééne bijeenkomst of bij één vuur verkrijgt, maar ze kunnen ook wegblijven. Wil men het vuur in eene bepaalde richting leiden, m. a. w. gevallen behandelen, die vruchtdragend voor het onderwijs kunnen zijn dan moet de onder wijzer zich daartoe van zijne toestellen los maken, en zulks ligt ook geheel in de bedoeling der door mij aanbevolen methode. Ten on rechte meent de heer van Loon, dat ik mij in alle opzichten door den dobbelsteen de wet zoude laten voorschrijven en alle verder nadenken als het ware zoude verbieden. Yerder kan de toestel van den heer van Loon ook wel eens zoo ondeugend zijn om nu juist op een morgen dat geval niet aan te geven, hetwelk de onderwijzer gaarne wilde behandelen. Yerlaat men zich dus uitsluitend op de toestellen dan komt men niet steeds, waar men wezen wil. Dat kan trouwens niet anders, daar men moeielijk een werktuig in de plaats van een onderwijzer kan stellen. Wat nu verder eenigszins van den regel afwijkende gevallen aan gaat, in velen daarvan heeft het reglement voorzien, en bij het in schieten binnenskamers wordt verondersteld, dat het reglement is beoefend en begrepen. Nu vindt de heer van Loon, dat voor het begrijpen van de schietregels der bereden artillerie enorm veel studie wordt vereischt, zoo zelfs dat de meeste artillerieofficieren in dat op zicht nog te kort schieten. Het is echter de vraag of hij zjjne ei- schen in dat opzicht niet wat te hoog stelt en wel een duidelijk verschil maakt tusscben ontwerpen en ontleden van schietregels of het toepassen daarvan. Wij willen voor de schietvaardigheid van het wapen hopen, dat het peil der ontwikkeling onzer officieren wel van dien aard is, dat ze in verband met hunne voorafgaande oplei ding de uiterst eenvoudige schietregels van de bereden artillerie zullen begrijpen en dat ze in dat opzicht niet zullen achterstaan bij de onderofficieren-vuurleiders in Nederland, die het meestringewikkelde vuur van de vestingartillerie kunnen leiden. Een kijkje op de

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 511