546 Tot op den laatsten tijd waren de Inlandsche troepen gemengd, dat wil zeggen in één en hetzelfde Regiment dienden belijders van Verschillende godsdiensten en personen rot verschillende kasten be- hoorende. Thans heeft men de godsdienst- en bevolkingsklasses ge scheiden en over verschillende troepenafdeelingen verdeeld. Dit is natuurlijk van een zuiver militair standpunt gezien zeer voordeelig; het was dan ook uit politieke overwegingen, dat men niet vroeger daartoe overging. Men vreesde namelijk en met recht, dat de in die troepenafdeelingen daardoor ontstane meerdere eenheid en gelijkheid van stam bij een eventueelen opstand zeer gevaarlijk zou kunnen worden. Als men er nu tegenwoordig toe overgaat om deze zoo lang verschoven reorganisatie in te voeren en de artillerie bij de inlandsche troepen te vermeerderen, dan bewijst dit, dat Engeland öf een groot vertrouwen stelt in de trouw der Indiërs öf dat het, vóór alles, daarnaar streeft om de uit hen gevormde troepen een zoo hoog mogelijke mate van militaire bruikbaarheid te verschaffen en dat daarbij uit het oog verloren wordt, dat zulks zich ook éénmaal ge ducht kan doen gevoelen tegenover de organisateurs. Men behoeft naar voorbeelden hiervan niet ver te zoeken. De Engelschen gelooven verder, dat deze indeeling naar kasten en godsdienstige gezindten een gunstigen invloed zal hebben op de qualiteit der aangeworveu recruten, daar meer lieden uit de hoogere standen er toe besluiten zullen in het leger te treden, dan bij het gemengde systeem. Deze berekening is zeer zeker juist, voornamelijk als men denkt aan de onverdraagzaamheid der Mahomedanen, de vijandschap der onderscheidene sekten onder elkander, enz. Meer echter nog draagt hiertoe bij de op aansporen van Sir Hemy Brackenbury tot stand gekomen verhooging van de soldij en van de geheele materieele positie van den soldaat. Daaronder ook te rekenen, dat de Regeering in den laatsten tijd besloot om zelf kazernes te bouwen en in het onder houd daarvan te voorzien, terwijl dit vroeger de zaak der troepen afdeelingen was. Aan de andere zijde moeten wij onwillekeurig de Niettegenstaande dit alles hoorde men het vorige jaar in 's lands vergaderzaal op het Binnenhof stemmen opgaan om het Remontedepot op te heffen en onze paarden Toor den vervolge in Australië te gaan betrekken Ondertusschen koopen Fransohe remontecommisBies in onze Preanger-Regentschappen!

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1897 | | pagina 65