DE POLITIEK VAN DEN OORLOG IN ATJEH.
W. C. NIEUWENHUIJZEN,
Voormalig Chef van den Staf hij de troepenmacht in
Atjeh en Onderhoorigheden.
(Slot).
XV.
Strategie en tactiek. De vijand. Liniën van verdediging. Ben-
ting's, inrichtinghorizontale projectie en profiel. Tactiek des vijands.
Zijne bewapening en pyrotechnie. Ons leger in zijne moreele waarde.
Trouw onzer inlandsche militairen. Desertie. Verkoopen van scherpe
patronen. Handhaving eener strenge discipline. Verloop van den volks
oorlog. Offensief of defensief. Snélheid van optreding is zelden moge
lijk. Bezetting van het land. Keuze der hoofdvestiging. Postenstelsel.
Mobiele colonnes. Instruction voor postcommandanten. Id. voor com
mandanten van mobiele colonnes. De tactiek der geconcent) eerde stel
ling. Wenken voor postcommandanten. Infanterie. Patrouilles. Hinder
lagen. Het gebruik van honden. Escortes. Convooien. Nachtmarschen.
Nachtgevechten. Het gevecht in verspreide orde. De carrés. Halt
houden en naar beide zijden front maken. Marschveiligheidsdienst.
Beveiliging der gesloten bivouac's. Openlijke verkenningen. Aan
vallend gevecht van het bataljon. Cavalerie. De rol der Cavalerie in
den Atjehschen volksoorlogArtillerie. De vuurtactiek der Vesting
artillerie op de posten in Groot-Atjeh. Genietroepen. Het opruimen
van schuilplaatsen voor de guerilla. Aanleg van wegen. Hulptroepen.
Verstrekking van geweren en munitie aan onze Atjehsche bond-
genooten
De benden, die ons in Groot-Atieh voortdutend bestookten, waren
samen hoogstens 8Ü0 man sterk. Het bijeenbrengen, maar voor-
DOOR