92 Tschakdara aangemeld heeft om, als teeken van onderwerping, zijn Martini geweren in te leveren. 3. De Strijd tegen de AfridisOrakzai enz. De gevechten die in het Westen en Zuidwesten van Peschawar gevoerd werden, zijn geruimen tijd de voornaamste gedurende den ge- heelen opstand geweest. Hier hadden de Engelschen met de sterkste en gevaarlijkste tegenstanders te doen, aan wie in zekere mate een een hoofdige leiding niet ontbroken schijnt te hebbenbovendien handel de het hier om de gewichtigste verbinding met Afghanistan, oyer den Khaiber-pas, die sedert 1880in handen van Engeland is. Zijne bewaking, door de zwakke versterkingen bij Landi-Khotal en Ali-Masjid, was in handen van de tirailleurs van Khaiber, een soort van militie getrokken uit den stam der Afridis, welke stam ook nog tal van rekruten voor de geregelde Indische troepen leverde. Geruimen tijd was de wacht dienst in den Khaiber-pas op de meest vredelievende wijze verricht; nooit had daar onrust bestaan; de stemming was er vreedzaam; het commando werd er gevoerd door den kolonel Warburton, een takt- vol, behoedzaam en gezien officier. Des te meer wekte de opstand der Afridis op den 18den Augustus verwondering op en gelijktijdig klaarblijkelijk gemeene zaak met hen makendedie der Orakzai en Mazazai (1). De Afridis kozen Jamrud als doel, de Orakzai het Sa- mana-district. De Indische regeering trof haar tegenmaatregelen. Van Pescha war, waar Generaal majoor Elles over ongeveer 11000 strijdbare lieden beschikte, werden afdeelingen naar Schabkadr (2 Bataljons, 2 Eskadons en 1 Batterij) naar Jamrud (1 Bataljon, 4 Eskadrons en 2 Batterijen) en naar Bara (1 Bataljon en 4 Eskadrons) gezondenvan Raual Pindi 1 Bataljon, 4 Eskadrons en 1 Batterij naar Kohat. Bo ven hebben wij reeds de opstelling der reserve-brigades aangegeven. Het 36e Sikhs, dat in het land der Orakzai in den grensdienst voorzag, moest zijn buitenposten verzamelen in het fort Lockhart (Samana-district) dat door zes compagnieën bezet bleef. (1) De uitgang „zai" beteekent „zonen", „afstammelingen". Orakzai beteekênt „krachtig geborenen".

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1898 | | pagina 105