153 drie jaar ia Europa te zijn ia voor sommigen een lokmiddel (1) de sociale positie der onderofficieren in Indië is niet geschikt voor officiers-aspiranten (2). Maar al zijn deze bezwaren niet zonder grond, ze kunnen toch moeilijk opwegen tegen het groote nadeel, dat Indië, in tijden van gevaar geen personeel meer hebben zal tot aanvulling van het offi cierskader (3) en zoo dit al mogelijk mocht blijken, dan toch niet spoedig en grootendeels met niet geacclimatiseerde menschen. De tegenstand, die het door mij wenschelijk geachte stelsel ontmoet, berust vooral op de vrees van niet weinigen voor het verscheuren der banden tusschen moederland en koloniën, wanneer Indië zich genoeg zelfstandig voelen mocht. Men houdt, zonderling genoeg, het oog alleen gevestigd op Spanje en Cuba, terwijl de gezonde toe stand van Engeland, ten opzichte van zjjn Australische Koloniën over 't hoofd gezien wordt. Wanneer Indië in militairen zin geheel voor zich zelf zorgen kan zal het voor Nederland een steun worden, in plaats van een last. En de vrees voor een afscheiding is even dwaa3 als de door som migen gekoesterde angst voor pronunciamento's, wanneer men voor Nederland verlangt een opperbevelhebber in vredestijd. De verhou ding van het aantal Europeanen tot dat der millioenen Inlanders is zoo gering, dat de eersten zich wel goed zullen bedenken alvorens toe te geven aan particularisme. Toevoer van personeel uit Europa zal Indië nog lang noodig hebben. Nederland behoeft slechts te zor gen rechtvaardig te zijn, dan is er ook geen reden voor vrees. De geschiedenis leert, dat de opstanden van Kolonieën tegen het moeder land, zich meestal op onbillijk bestuur grondden. In militairen zin moet Indië dus zoo zelfstandig mogelijk zijn. Het moet niet alleen een eigen leger bezitten, maar ook een eigen marine, en daarbij de inrichtingen voor opleiding en hoogere vorming van zijn officieren, alsmede tot vervaardiging en herstelling van ma terieel. In plaats van Indische jongens naar Kampen te zenden en (1) Maar dat zijn de ware broeders niet. (2) "Waarom zou dit niet kunnen veranderen? Men moet (bv. te Mr. Cornelia) een Indische militaire academie oprichten. (S) Dit wijst op de noodzakelijkheid om in Indië over een reserve aan officieren te beschikken in de legerformatie op te nemen. Red.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1898 | | pagina 166