248
8 l2 h2
en dit geeft in verband met (29)
s p (l2 h2)
of dezelfde uitkomst, die wij hiervoor onder (30) hebben
gevonden.
Stellen wij in (26) y px H, dan zullen wij, daar de
lijn y =a px -)- H aan de ellips raakt, ook slechts ééne waarde
vinden. We krijgen dan:
r_oo_ iy H2-h2
2 PH
Daar het punt L op de lijn y px -)- H ligt, kunnen we QL
berekenen door de waarde van OQ met p te vermenigvuldigen en
dit product met H te vermeerderen. We vinden dan:
H2 4- h2 l2 p2
y LQ
waarden
e tg LOQ
2 H.
Deelen we deze waarden op elkander, dan krijgen we:
y H2 4- h2 - l2 p2
x H2 h2 -t- l2 p2
en hieruit volgt onmiddellijk
h2 p212 h2 p~e
P e
of dezelfde formule als wij onder (21) hebben afgeleid. De hoogte
spreiding is dus niet alleen afhankelijk van den invalshoek en de
lengtespreiding der springpunten, maar tevens van de hoogtespreiding
van het volle projectiel en verder van den hoek LOQ. We zullen
dien hoek in het vervolg den spreidingshoek noemen.
Is de spreidingshoek 90°, dan is e oo en hebben wij
h2 p212 -j- H2
Staat de lijn LL loodrecht op de baan, dan is de spreidingshoek
90° en e en heeft men
P
1
h2 p212 H2 H
1 +p2
Zijn spreidings- en invalshoek gelijk, dan is e p en derhalve
h2 p212
O 4c2 tü
te. 2
12 p2 h2 H2
tar 2 ot