- 249 Is eindelijk de spreidingshoek gelijk o, dan is ook e o en heeft men dus:ā€ž Het is duidelijk, dat men op deze wijze nog tal van formulen kan afleiden; wij zullen deze, als van minder belaDg, echter met stilzwij gen voorbijgaan. C. Spreiding in verticale richting en in die der haan. Stellen wij OA of de halve totale spreiding der springpunten in de richting der baan gelijk k en nemen wij deze waarde als bekend aan. Bepalen wij vervolgens de vergelijking der ellips op hare toe gevoegde middellijnen, dan ziet men dat deze vergelijking den vorm zal hebben van h 1 k2 OL2 Nu hebben wij in den driehoek OIL door toepassing van den sinusregel LO: 01 sin LIO: sin ILO, of als wjj den spreidingshoek stellen. LO: H cos 0: sin 0) en bijgevolg: H cos 0 0 sin 0) Substitueeren we nu deze waarde in de vergelijking der ellips, dan krijgen we: _j_ y2 sipii <y 0) (3i) k2 H2 cos2 0 Ten einde nu 1 en h in k, H, en 0 uit te drukken, gaan wij te werk als volgt: Wij bepalen eerst de vergelijkingen van de rechte lijnen PB en DE op de nieuwe assen, en berekenen vervolgens de abscissen of de ordinaten van de punten, waarin deze lijnen de ellips snijden. In het algemeen vindt men daarvoor wederom uitdrukkingen van den vorm x of y m -jā€” j/ n. Daar deze lijnen echter aan de ellips moeten raken, ener dus slechts een waarde voor x ofy mag worden gevonden, zoo moet j/n O zijn, waardoor wij eene betrekking kunnen vinden. h2 p212 H2 X2 y2

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1898 | | pagina 262