252
ad 1 en 2. Deze variatiën zijn onafhankelijk van de gebezigde
tempeering. Zelfs bij de zorgvuldigste fabricage en bij de accuraatste
bediening kunnen zij niet vermeden wordentoch zijn zij naar ver
houding zeer klein en hun invloed kan dan ook in de meeste gevallen
gelijk nul worden gesteld.
ad 3. Ook deze oorzaak is onafhankelijk van de gebezigde tempee-
ringzij werkt dus op korte afstanden even krachtig als op verre.
Zij overtreft doorgaans al de andere in beteekenis en moet dan ook
als de hoofdoorzaak van de spreiding der brandtijden worden be
schouwd. Bij het explodeeren van de slagsas in den percuteur
ontwikkelt zich voor een zeer kort oogenblik een hooge gasdruk, die
gepaard gaat met eene hooge temperatuur. Dit heeft tengevolge, dat een
gedeelte der saskolom met groote snelheid wegbrandt, en eerst nadat
de gasdruk in het inwendige der buis evenwicht maakt met de damp-
kringsdrukking, begint de saskolom met eenparige snelheid te branden.
Soms nu zal dit eerder, dan weer later geschieden en op deze wijze
ontstaan uit den aard der zaak variatiën in den brandtijd.
ad 4. Deze variatiën zijn evenals de vorige onafhankelijk van de
gebezigde tempeering. Blijkens genomen proeven zijn zij zeer klein
en van geen meetbaren invloed op de spreidingen der brandtijden.
ad 5. De spreiding in den brandtijd der sasringen is de eenige
oorzaak, wier werking toeneemt met het grooter worden van de
tempeering. Deze spreiding wordt veroorzaakt door twee omstandig
heden, ten eerste doordien de saskolom niet volmaakt homogeen is,
en ten tweede doordien de eene ring wat meer vocht heeft geabsorbeerd
dan de andere, tengevolge waarvan de snelheid, waarmede de saskolom
verbrandt, bij verschillende ringen niet gelijk kan zijn.
Indien de saskolom niet geheel homogeen is zullen sommige onder-
deelen wat sneller en andere weer wat langzamer verbranden. Zij
aangenomen, dat de spreiding in brandtijd van 1 verdeeling gelijk t
secunden is, dan is de spreiding in brandtijd van n verdeelingen
gelijk aan t2 -)- t2 -f- .t2 t n. De spreiding derhalve, die
ontstaat, doordien de saskolom niet volmaakt homogeen is, en daar
door op ieder punt niet steeds met dezelfde snelheid verbrandt, ia
evenredig met den vierkantswortel uit de lengte der kolom, of m. a. w.
der tempeering.