263
Id het Spaansche leger dreigde eens een opstand uit te breken,
toen een minister van oorlog den „ross", het bekende, onpractische
hoofddeksel van het Spaansche leger, van boven breed en van onder
smal, wilde afschaffen.
Slechts noode is men er in Engeland toe kunnen overgaan om
ook de Hooglandsche regimenten gedurende hun verblijf in de ko
loniën hun nationale dracht te doen afleggen. Sedert lang droegen
zij in Indië in plaats van de hooge, aan een zijde overhangende
muts van eigenaardig model, den kurken helmhoed; om hen echter
te bewegen in plaats van den geruiten „tartan" met de regiments-
kleuren en van den rooden „kilt" een khakee pantalon en blouse
te dragen, was veel tact noodig Toch is dit in 1896 doorgezet*
Het Engeleche legerbestuur was echter zoo verstandig de Highlan
ders een hunner karakteristieke onderscheidingsteekenen te doen
behouden. Zoo bv. behield het beroemde regiment Koninklijke
Hooglanders, de „Black Watch" ook op den tropenhelm de roode
„hackle" [haneveeren] pluim, waardoor dit korps zich van andere
onderscheidt. De officieren der Hooglandsche regimenten dragen ook
bij hun koloniale uniform de „clagmore", een zwaren degen met
tweesnijdende kling en bijzonder gevormd gevest.
Als een voorbeeld van versieringen, welke moeten dienen tot het
levendig houden van de herinnering aan roemrijke daden, noem ik
het Gloucestershire regiment van het Engelsche leger, hetwelk op
de achterzijde van den helm dezelfde versierselen draagt als op de
voorzijde, als heriunering aan het schitterend gedrag van zijn l6.
bataljon gedurende den Egyptischen veldtocht in 1801. Aan alle
zijden plotseling door vijanden omsingeld zijnde, behield dit bataljon
de zege door een onstuimigen aanval van het achterste gelid, dat
hiertoe keert maakte.
Hoe dikwijls werd niet voorgesteld de uniform der Nederlandsche
Rijdende artillerie te wijzigen, doch steeds tevergeefs. De „Rijers,"
die hun tegenwoordige uniform ontleenen aan die van een huzaren-
regiment, in vereenigiDg waarmee zij in den tiendaagschen veldtocht
huD roemrijken naam bevestigden, zouden hun torenhoogen kolbak
en geelgetresden dolman niet willen missen.
Behalve een zeer gemotiveerd streven om de uniform een nationaal