324 4o2 -x2 -J- (I o2 p2) y2 p e (o p)3 p e 4o2 x2"-)- (1 o2) y2 en hieruit volgt na eenige herleiding: 8o2 x2 I o2 o2 p2) y2 o+p v v J e p (46) So2 *2 j o2 o2 p2j y2 waaruit wederom kan blijken, dat de spreidingshoek onafhankelijk is van de variatiën in den brandtijd der tijdbuizen. Stellen wij in deze formule y gelijk nul, nemen we m. a. w. aan, dat er volkomen nauwkeurig gericht wordt, dan komt er: e o lg xt wat reeds vroeger was aangetoond. Alvorens dit hoofdstuk te besluiten, moeten wij nog opmerken, dat de afgeleide formulen alleen dan als bruikbare benaderingefor- mulen kunnen worden benut, als er geene andere belangrjjke storende invloeden intreden, dan die, welke wij hier besproken hebben. Wanneer bijv. bij worpvuur uit lange of middelbare kanonnen, zooals die van 7 cM. L. en K., het projectiel niet meer voldoende tangent aan de baan blijft, geeft dit aanleiding tot sterke variatiën in den lucht- weerstand, die aan alle berekeningen ontsnappen. Zelfs bij de beste buizen krijgt men dan dikwijls zulke groote spreidingen van de spring- punten, dat het vuur zijn effect zoo goed als geheel verliest. De afgeleide formulen zijn alleen bruikbaar als de variatiën in lucht- weerstand en projectielgewicht betrekkelijk klein zijnis dit niet het geval, dan schijnt ons vooralsnog de empirische bepaling de eenige mogelijke toe. Hoofdstuk Y. Wil eene theorie recht vai bestaai hebben en als juist worden beschouwd, dan is het in de eerste plaats noodig, dat hare uitkomsten in bevredigende overeenstemming zijn met de uitkomsten van prac- lische proefnemingen. Wij zeggen met voordacht: in bevredigende D2 O2 TOETSING VAN DE AFGELEIDE WETTEN AAN DE UITKOMSTEN DER SCHIETPROEVEN.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1898 | | pagina 337