86'2 op 17 en 18 Januari te Berlijn uitgereikt naar aanleiding van het volgende Koninklijke Besluit (zie Wollmann, Geschichte des Branden- burgischen Pionier Bataillons No. 3): „A. K. O. vom 27 November 1860. „Im verfolg Meiner Ordre von 15 October d. J. bestimme Ich, dasz auch die 6 Jager-Bataillone, welche noch keine Pahnen führen, sowie das Garde-Pionier-Bataillon und die Liniën-Pionier Bataillone Fahnen erhalten. „Im Namen Sr. Majestat des Königs „g.z. Wilhelm. „Prinz von Preuszen, Regent". Hierbij wordt opgemerkt dat de Pruissische Pionier bataljons bij de mobiliseering hun vaandel in het garnizoen achterlaten, hetgeen een natuurlijk gevolg is van hunne compagniesgewijze indeeling bij verschil lende brigades. In 1870 rukten die bataljons dan ook zonder vaandel uit, doch, in weerwil hiervan, werden de vaandels van alle pionierbataljons, waarvan in den veldtocht 1870/71 afdeelingen aan gevechten hadden deelgenomen, in het jaar 1872 met het ijzeren kruis gedecoreerd, op ge lijke wijze als deze onderscheiding aan andere korpsen werd verleend. Wat 26 jaren geleden in Pruissen gebeurde, maakt er ons opmerk zaam op, dat het vaandel niet meer dezelfde beteekenis heeft als in vroeger jaren. Het wordt niet meer uitsluitend beschouwd als een veldteeken, dat zijn korps overal volgt, in het garnizoen en te velde. Zjjne hoofdbestemming is niet meer een verzamelplaats aan te wijzen voor de troepen in het gevecht, de tijden zijn veranderd en demenschen; en de oorlogvoering draagt een karakter, dat geen gelijkenis meer toont met dat van de systematische veldtochten van de afgeloopen eeuwen. Aan de historische beteekenis van het vaandel is men echter langen tijd blijven vasthouden, zooals duidelijk is uit den inhoud van de dagorder, waarbij op 1 Februari 1824 de Luitenant Generaal DE KOOK ter keunisse van het leger bracht, dat Z M. de Koning de Korpsen Infanterie en Cavalerie de eer had waardig gekeurd vaandels te voeren Dit dunkt ons, kan de reden geweest zijn, dat in 1822 alleen die korpsen, welke in hun geheel konden uitrukken, voor het bezit van een vaandel in aanmerking werden gebracht.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1898 | | pagina 375