444
Door één omwenteling van de schijf wordt een verplaatsing van
het richtechijfje verkregen van 0, 2. X w 0,63 M. Hieruit blijkt,
dat voor een verplaatsing per minuut van 3.3 M. noodig zijn 5
omwentelingen per minuut; voor een verplaatsing per minuut van 4,5
M. 7 omwentelingen per minuut en voor een verplaatsing per minuut
van 6,6 M. 10 omwentelingen per minuut.
Voor het eerste geval worden de veerende pinnetjes geplaatst in
de gaten 1, 6, 11, 16 enz., zorgende in 1 seconde de zwengel den
afstand tusschen 2 pinnetjes te doen doorloopenvoor het tweede
geval worden de pinnetjes gestoken in de gaten 1, 8, 15, 22 enz.
en voor het derde geval in de gaten 1, 11, 21, 31 enz., de beweging
van den zwengel op dezelfde manier regelende.
VII. Aanwijzing omtrent liet gebruik en de bediening der toestellen.
a. Het toestel tot het weet geven van aoelen zich verwijderende
van of naderende tot de batterij.
Dit toestel wordt op 500 M. van de batterij met de beide stijlen
ongeveer 0,5 M. in den grond geplaatst, na alvorens de beide touwen
aan het richtschijfje bevestigd en over de katrollen gebracht te
hebben.
Vervolgens wordt het touw tot het ophalen van het schijfje ge
haakt in een der oogjes van de as van het windtoestel en het schijfje
opgewonden. Daarna wordt het touw tot het neerhalen van het
schijfje in het andere oogje van de as gehaakt en gestrekt, en is het
toestel gereed.
Hierna worden de veerende pinnetjes ingestoken in verband met
de gewilde voor te stellen snelheid van beweging, aan te geven van
uit de batterij.
Voor de bediening van het toestel worden vereischt een onder
officier en 2 kanonniers, die tevens het toestel plaatsen.
Deze voeren mede, behalve pioniergereedschappen (schop, aard-
stamper), een roode en een witte seinvlag tot het wisselen van
seinen met de batterij.
De onderofficier zorgt voor den geregelden en gewenschten gang
van het toestel en noteert alle seinen van de batterp, die hij door
een der kanonniers laat herhalen, ten teeken dat zij goed begrepen