476 eene breede opening; men vond hem in den vorm van eenen paddenstoet 20 c.M. diep in het vleesch terug, terwijl hij op zjjn weg daarin een gat had gemaakt van 5 a 10 c.M. wijdte. Overtuigend bleek dus de superioriteit van de manstopping bullet. Verdere proeven op hout genomen toonden aan, dat de Bergmann revol ver en de nieuwe Engelsche revolver in het nadeel waren (hetgeen ech ter niets terzake afdoet). Met uitzondering van de Nederlandsche waren alle patronen met cordiel gevuld. De nieuwe Engelsche patroon stond in trefkans bij die van andere wa penen achter, doch dit wordt vergoed door het veroorzaken van eene wond, die 10 maal grooter is. De schrijver besluit zijn opstel met de meening uit te drukken, dat de invoering van den onderwerpelijken kogel, vooral voor het leger in Indië, veel aanbeveling verdient. Wij zeggen hem dit gaarne na, vooral nu de nieuwe Indische revolver zulk eene uiterst geringe V0 (160 M.) aan het projectiel geeft, en dit laatste zich niet vervormt, omdat het van hard lood is vervaardigd. Men moge den nieuwen kogel uit een oogpunt van humaniteit veroor- deelen, toch zal men moeten erkennen, dat invoering van een dergelijk projectiel een onafwijsbaren eisch is om met de revolver het bedreigde eigen leven te kunnen redden. De gevallen waarin 3 a 4 revolverschoten niet in staat waren een inlandschen tegenstander het wapen te doen neerleggen men denke aan de amokpartij welke verleden jaar te Batavia plaats greep, waarbij een schout zijn aanrander 3 malen te vergeefs tr°fzijn te dikwijls in onze oorlogen voorgekomen, om niet naar een beter middel van zelfverdediging uit te zien. Bovendien zijn door de invoering van de moderne geweerprojectielen, volgens sommige deskundigen, de wetten der humaniteit toch reeds met voeten getreden. G.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1898 | | pagina 489