487
officieren, die aan de expeditie deelnemen, uitgereikte: „Gegevens
betreffende de Pidiëstreek" in hun geheel weer te geven, zullen wij
daaruit toch het volgende overnemen.
De op de kaart aangegeven Pedirstreek omvat
I. De federatie der XII Oelèëbalangs. (Pedir).
II. De federatie der VI (Gigiëng).
III. De tot de XXII Moekims behoorende VII Moekims-Pedir.
IV. Verschillende gebieden, gelegen binnen de Federatiën XII
en VI, bestempeld met den naam van Tanoh Wakeuëh (Arab. Waqf,
Mal. Wakap) met welke benaming worden aangeduid:
1° de landstreken welker hoofden, onttrokken aan het gezag der
oelèëbalangs, rechtstreeks ondergeschikt waren aan de Sultans van
Atjeh (sultanswakapgebied).
2° de plaatsen, waar in verband met het daar gegeven onderwijs
in de heilige wetenschap, het bestaan van heilige graven en de voort
durende aanwezigheid van invloedrijke oelama's (wetgeleerden) de
bevolking is vrijgesteld van lasten en verplichtingen, die haar elders
zijn opgelegd, en de handhaving van orde en wet door de omliggende
hoofden geheel aan die oelama's is overgelaten (geestelijk wakap-
gebied).
De federatiën vormen een verzameling van tal van elkander vrij
wel onafhankelijke staatjes, die zich kenmerken door aanhoudende
onderlinge twisten en daardoor een toestand van onrust en wanorde
vertoonen, waaraan door de veelhoofdigheid van gezag op geen
afdoende wijze paal en perk is te stellen.
Uit den chaos van gezaghebbenden zijn steeds de hoofden der
landschappen Keumangan en Pidië het meest op den voorgrond ge
treden door hun overwicht op de hoofden der naburige staatjes, een
gevolg van traditie en persoonlijken invloed, en door de verhouding
van feilen tegenstand, waarin zij sedert jaren tot elkander staan.
Uit de vroegere geschiedenis blijkt, dat het regeerend geslacht der
IX Moekims Keumangan van zeer ouden oorsprong is en afstamt
van oorspronkelijke landshoofden, wier verleden zich in onheuglijke
tijden verliest. Zij waren van oudsher de hoogste gezaghebbenden
in de Pidiëstreek, in onafhankelijkheid en aanzien niet onderdoende
voor de Polém's en het vorstengeslacht in Meureudoe, waarmede zij