38 Formule (3) hebben wij in fig. 1 grafisch voorgesteld. In deze figuur stellen de abscissen de waarden voer van k, terwijl de ordinaten - 4 p2k3 de waarden voorstellen van We De lijn O. A.. stelt bijgevolg de kans voor, dat het gemiddeld trefpunt zal worden ge troffen, terwijl de lijnen B C en D E de kansen aangeven, dat het projectiel op een afstand van S50 vóór of achter het doel zal aan slaan. Deze figuur doet beter dan eenige tabel zien hoe snel de kansen voor de verschillende afwijkingen afnemen, als deze grooter worden. In den beginne is die afname gering; kleine afwijkingen, bijv. kleiner dan 0,1 S50 zijn dan ook nagenoeg even waarschijnlijk. Zoodra echter de afwijkingen grooter worden dan 0,5 S50 nemen hunne kansen zeer snel af en spoedig worden deze zoo kleiD, dat men haar gelijk nul kan stellen. De kans, dat men eene afwijking zal krijgen gelijk aan S60 is ongeveer 2,5 maal, en die, dat men eene afwijking zal krijgen van 2 S50 bijna 40 maal kleiner dan de kans, dat het gemiddeld trefpunt zal worden getroffen. Zoowel de wet der symmetrie als die der dichtheid zijn in de figuur aan schouwelijk voorgesteld. De grootte der spreiding moet door proeven worden bepaald. Men doet hiertoe een willekeurig aantal schoten, liefst zooveel mogelijk; bepaalt het gemiddelde trefpunt en meet vervolgens de absolute grootte van de afwijkingen. Zij aangenomen, dat men hiervoor waarden heeft gevonden van v21 v2, v3enz en dat het aantal schoten der serie n is, dan noemt men het quotient Vj v2 -j|~vn n de gemiddelde afwijking. Stellen wij deze voor door M. en de ver moedelijke of 50°/o afwijking door r, dan is volgens de theorie der fouten r M p y~7T— 0,845 M. (x) Men behoeft dus de gemiddelde afwijking slechts met 0,845 en daarna met 2 te vermenigvuldigen om dadelijk de 50°/o spreiding te vinden. Beter is het evenwel de 50°/0 spreiding te berekenen uit de zoogo- naamde kwadratisch gemiddelde of middelbare afwijking, waaronder men verstaat den vierkantswortel uit de som der kwadraten van de verschillende afwijkingen, gedeeld door het aantal schoten, vermin- o J (X) De waarde van de breuk is vrij nauwkeurig gelijk aan 0,845.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1898 | | pagina 51