56
Bij trekpaarden heeft men behalve bovengenoemde, meermalen
liaam-en broek-schaving, doordien de paarden te heet zijn, het
haam niet behoorlijk sluit, te groot of te nauw is en de broek
te kort is gegespt, of niet op behoorlijke hoogte hangt. Bij paarden
met een schopkruis, komt ook dikwerf kruisschaving voor, doordat
de staartriem te vast zit.
De meeste drukkingen en schavingen komen echter bij draagdieren
voor. Staartriem-, borst- en broekschavingen nog daar latende, komen
bij de Bergbatterijen rug- en singeldrukkingen en schavingen voor
Omdat de draagbokken (onderscheiden in groote (No. 1) voor muil
dieren en kleine (No 2) voor paarden) ondanks de talrijke genomen
proeven nog steeds onvoldoende aan hun doel beantwoorden.
Omdat de last, en nog wel een doode, veel te zwaar is en niet be
hoorlijk altijd in evenwicht kan gehouden worden dan door vast
aansingelen
en voorts door tal van andere oorzaken, waarvan ik alleen de
plaatsing en het gebruik van dekens, het bijna niet of althans slecht
afgericht zijn der dieren, de geringe grootte der stukrijders o. m. wil
noemen, om er ten slotte op te wijzen, dat de eisch, die men stelt,,
dat muildieren beladen goed door natte sawah's gaan vrij wel tot
de onmogelijkheden zal behooren, van welk soort (Chineesch, Syrisch,
Spaansch, Egyptisch) ze ook zijn. Zoolang deze dieren met smalle
hoeven geboren worden, zullen zij nooit, even als een karbouw die zich
met zijn breede, uitzettende gespleten hoeven door den modder been-
werkt, en zeker niet zwaar beladen, aan dien eisch voldoen en mag
men tevreden zijn, als ze, zij het dan met moeite, overal komen.
Het behoefc niet betoogd te worden, dat het zich bewegen door
sawah-terrein heel gemakkelijk tot verschuiving van den last en dus
tot schaving en drukking aanleiding geeft, terwijl dit bij een even
tueel omvallen, het tusschengeraken van vreemde bestauddeelen en het
nat worden der dekens, nog eerder het geval zal zijn. Ook elders
heeft men dit al lang ingezien.
Het Eransche voorschrift o. a zegt onder den titel: Passage de
marécageson ne doit s'engager dans les marais ou les fondrières
avec les animaux chargés, que lorsqu'il est absolument impossible
de faire autrement.