Boekbeschouwing.
II
INHOUDS-OPGAVE.
Melk in de hospitalendoor H. B. Cayaux, militaire
Apotheker iste klasseBlz. 288.
Eene opmerking naar aanleiding van het opstel „Druk
kingen en schavingen uit een militair oogpunt
beschouwd"; door T. Rinses, kapitein intendant. 298.
De Indische Oorlogen; door K. van der Maaten, kapi
tein der Infanterie300.
Onze inlandsche fuseliers; door een troepenofficier. 331.
Een en ander over de opleiding en verdere vorming
van onderofficieren en korporaals bij de Infanterie;
door v. 355.
Yaandels voor de artillerie-en de genietroependoor E. 360.
„Een nieuwe? Atjehkaart" dooreen Indisch cartograaf
op blz. 26 e. v. I. M. T. No. 1. 1898; door J. J. Ie.
Roy, 1ste luitenant der Infanterie385.
Een nieuwe Atjehkaart. Een woord van protest naar
aanleiding van het artikel op 62 e.v. en de
bibliographie op blz. 77 78 van No 1; door L. Y J.
K. Thomson368.
Geachte Heer Redacteur; door T. J. A. Molenaar. 378.
Het ontstaan der Militaire School te Meester-Cornelis;
door Kolonel W. C. Nieuwenhuijzen999.
Het voorschrift op den Velddienst en de Cavalerie;
door Non Nemo420.
Richten op bewegende doelen bij de bereden Artillerie
door A. van den Bovenkamp, 1ste Luitenant der
Artillerie. Met plaat VII430.
Een en ander, in verband met de nieuwe bewapening
der Infanterie; door Av 448.
Nog iets over den geneeskundigen dienst; door L. J.
Eilerts de Haann 436.
De soldatenkrant, weekblad bestemd voor onderofficieren,
korporaals en minderen. Uitgevers II. Engelbreclit,
Breda7 3-
Kaart van Groot-Atjeh met Lepong, Lohong en Daja
benevens Pedir en Gighen op de schaal: van 2< 0C00
met alphabetische naamlijst. Uitgave van het dagblad
„De Nederlander" vervaardigd door den militairen
correspondent van het blad op Atjeli. Prijs voor
inteekenaren van „De Nederlander'' f 0.75. 77.
De krijgsgeschiedenis van Nederlandsch-Indië van 1811
tot 1894 samengesteld door G. B. Hoover gepens.
luitenant-kolonel der Infanterie. O. I. Leger 111e Deel.
Batavia G. Kolff en Co. Den Haag de Gebr. van
Cleef. 1897156, en 227.
Kriegstechnische Zeitschrift für Offiziere aller Waffen.
Organ für Kriegstechnische Erfindungen und Ent-
deckungen auf allen militarischen Gebieten. 221.