ONZE KONINKLIJKE BELOONING. Een kruis van lelieblank voert onze spreuk en wet: „Houdt moedbeleid en trouw in eere zonder smet". Be vierarmdie als 't groen der hoop daar tusschen ligt, Maakt Coen's: „desespereert toch nooit" tot ridderplicht. Be vuurslagvonk van zwaard op zwaard, een spat van licht, Getuigt van krijgersdeugd den dood in 't aangezicht, En 's Vorsten naambedekt ter ommezij gezet, Vangt daar des harten kloppen 't eerst op onverlet. Be krone draagt het kruis, het kruis de krone draagt, Zoo Vorst en heir zijn éénhet zwaard den schepter schraagt 't Oranje-Nassau lint van eeuwen trouw gewaagt. Ons kruis spreekt wel van strijd, ellende, bloed en rouw, Maar ook van steun en hulp, van kameradentrouw, Van plicht doen, pal staan, vóórgaan, hoe of 't noodlot houw G. Nypels.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1898 | | pagina 120