4
den bouw van een citadel, en welwillend voldeed Z. K. H. aan
een verzoek van den Eerstaanwezend Genie officier daar ter
plaatse door op den 24sten Juni den eersten heislag te geven aan het
paalwerk van de defensieve kazerne, en te bepalen dat die sterkte
des Prinsen naam zou dragen.
Over land werd de reis voortgezetlangs Soerakarta en Djokja
karta.waar aan Z. K. EL de meest mogelijke eerbied betoond werd
langs de Boeroe-boedhoer en langs Mendoetwaar de ruïnes be
zocht werden; langs Ambarawa, waar de in aanbouw zijnde ves
ting van den Prins den naam „Willem de Eerste" ontving, en langs
Semarangwaar Z. K. H. den eersten steen legde van de citadel en
bepaalde dat deze zou heeten „Prins van Oranje."
In het laatst van Augustus keerde Z. K. H. weder te Batavia
terug, waar grootsche feestelijkheden te zijner eer werden ge
geven.
Waar SoerabajaSemarang en Ambaraiva waren voorgegaan,
wilde Batavia niet achterblijven en stelden er, zoowel de Re
geering als het Legerbestuur, hoogen prijs op, in den naam van
de ter hoofdplaats gebouwd wordende versterking eene blijvende
herinnering te hebben aan het vorstelijk bezoek.
De Prins verklaarde zich bereid om aan dezen wensch gevolg
te geven en zoo had op den datum, die wij boven dit opstel
schreven, de plechtigheid plaats, die nu nader medegedeeld wordt.
Reeds vroeg in den ochtend van den 31sten Augustus stonden
de troepen van het garnizoen en haie opgesteld, van het Hotel
van den Gouverneur-Generaal te Rijsiuijk tot aan het terrein,
waar de citadel werd gebouwd.
Z. K. H. verliet te zeven uur het hotel, begeleid door den Gou
verneur-Generaal, den Luitenant-Generaal de Eerens en door de
Opper- en hoofdofficieren van het Leger, die niet onder de wapens
waren, en werd onder het spelen van het Wilhelmus op het bouw
terrein ontvangen door den Kolonel Directeur der Genie van der
Wijck en de te Batavia aanwezige genie-officieren. Op dit terrein
hadden zich ook verzameld de Leden van den Raad van N. I.,