16
De zware gang, om ook zijn derden jongsten en laatsten
zoon grafwaarts te voeren, bleef onzen geliefden vorst niet
gespaard.
Met weemoed in het hart volgden wij den reeds zoo zwaar
beproefde bij deze plichtsvervulling, doch Goddanknog een
heldere, lieflijke, troostvolle lichtstraal bleef 's Koningshuis en
Neerlands volk beschijnen.
Uit deze lichtstraal, slechts zelden door lichte wolkjes be
trokken, groeide gaandeweg een Oranje-zonnetje, dat steeds
met liefde, zorg en belangstelling gadegeslagen, helder en krachtig
de oude nevelen begon weg te vagen.
Aroor den Koninklijken vader zoude het echter slechts korten
tijd meer schijnen. Nog een zestal jaren van onverstoord hui
selijk geluk, geëerd en geliefd door zijn volk, en ook de laatste
mannelijke Oranje, die als zijn voorgangers aan de Wapenspreuk
van Zijn geslacht „Je Maintiendrai" was getrouw gebleven,
legde den 21sten November 1890 het moede hoofd neder.
Zoo rustte dan voortaan alleen op de Koninklijke Moeder de
hooge plicht, om Haar dochter, de Koninklijke Jonkvrouwe voor
te bereiden voor de groote taak, welke Haar wachtte.
Hoe uitnemend Hare Majesteit de Koningin Regentes zich
daarvan heeft gekweten staat boven onzen lof.
In een artikel gewijd aan „The Dutch, their sympathies and
their Queen" in een Engelsch tijdschrift, schreef mejuffrouw van
Eelde o. m.
„Hare Moeder hoewel geen Prinses van Oranje „par droit de
„naissance" wordt toch als zoodanig geëerd „par droit de con-
„quête" eene overwinning door onbaatzuchtige toewijding aan
„Haar tweede vaderland en Haar dochter behaald."
Gaarne maken wij die woorden, waaruit dankbare waardeering
spreekt, tot de onzen, daaraan toevoegende dat de overwinning
van deze Prinses uit den vreemde, die niet stormenderhand,
doch gaandeweg, maar met vastheid van wil voortschrijdende
toch de liefde heeft weten te vermeesteren van al de onder
danen van Haar Koninklijk kind de schoonste en edelste over
winning is, welke zij heeft kunnen behalen.