41 kabetjikan, moeda-moedahan |j Toehan Sroe sekalijan alam akan mengoerniai bertambah- tambah kaoentoengan dengan kaslametan njang memegang kakoewasaan dan karadjahan lemah dan lemboet memelihara sekalijan rakjat taoelannja dari astananja Nederland dan seka lijan Indie oetawa di mana- rnana njang bertakloek padanja sahingga tetep toeroen-menoe- roen njang tiada berhingga dan melangkapi pada tiap-tiap za- man dan masa. Adapoen dari hal-ahoewal njang madzkoer ini perhamba tiada boleh tiada misti dengan setiawan hati besarta kabaktian dengan pengakoewan sasoeng- goehnja dengan kabesaranja Toehan Sroe sekalijan alam selagie pridaran tjakrawala boelan dan matahari tiada me- naroek loepa satiap-tiap nafas njang Sri Baginda Ratoe Wil- helmina perhamba poenja Ra dja dan Toewan. Dan di harapken poela sijang hari malem akan limpah be- sar koernianja bahagi perhamba ampoenja diri dan sekalijan anak tjoetjoe toeroen-menoe- roen, beserta sekalijan pegawé njang berpandjie-pandjie (ber- pangkat) di Soemenep sahingga orang ketjil di bawah bilangan perhamba, tetep dan kekel njang berlindoeng dan berte- koninklijke macht, opdat zij met zachtheid en teederheid Hare onderdanen moge be schermen in Nederland, en ge heel Indië, en overal waar vol keren aan Haar onderworpen zijn, van geslacht tot geslacht, zonder ophouden, voortdurend ten allen tijde. Ten aanzien nu van dit alles voel ik mij gedrongen te be loven met trouwhartigheid en verknochtheid, onder aanroe ping van den naam van den Heer aller Schepselen, dat, zoo lang er zal zijn wenteling van zon en maan, ik nimmer, bij geen ademtocht, zal vergeten dat de Koningin Wilhelmina. mijne vorstin en gebiedster is. En ik hoop nacht en dag op Hare milde, groote goedgunstig heid ten aanzien van mij en mijne nakomelingen, van ge slacht tot geslacht, benevens alle ambtenaren in Soemenep, tot de geringe lieden toe onder mijn bestuur, opdat zij onver- wrikbare en onvergankelijke beschutting en beschaduwing vinden onder Uwer Majesteit macht. Dat ik sterven moge on der de vlag der Nederlandsche Compagnie En hierbij voeg ik de meest volkomene lofprijzing en het voortreffelijkste gebed aan den Heer aller Schepselen, dat Hij al Hare wenschen aanvaarde, en

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1898 | | pagina 57