189
een gemiddelde waarde van Wanneer we aan p deze waarde
toekennen, krijgen we vluchthoogten, die van de overeenkomstige
getallen in de tabel zeer weinig verschillen en dus voldoende nauw
keurig aangeven de verheffing van de gemiddeld i baan. Thans echter
kunnen we de hoogtespreiding van de projectielen niet buiten reke
ning laten, daar ze aanmerkelijk grooter is dan bij het kanon van
7 c.M. L. A. Het is daarom gewenscht voor p een zoodanige
waarde te nemen, dat de berekende vluchthoogten ongeveer 2 HS50
kleiner zijn dan de in de tabel voorkomende en dit wordt bereikt
3
door p te nemen, waaruit volgt:
y -|ab(9)-
De hoogte in meterswaarop een projectiel geschoten uit het kanon
van 7 c M. K Azich verheft hoven een bepaald punt van de richt
lijn, is gelijk aan het drie vierde gedeelte van liet product der honderd
tallen van de afstanden van dat punt tot den vuurmond en tot het doel,
zoolang die vluchthoogte niet meer dan 20 M. bedraagt.
Voorbeeld. Een sectie Bergartillerie krijgt opdracht een kampong-
rand onder vuur te nemen, vanwaar de colonne, waarvan ze deel uit
maakt, wordt beschoten op het oogenblik, dat een brug moet worden
gepasseerd. De artillerie-commandant ziende, dat hij over die brug
heen moet vuren, vraagt zich af of dit gevaar zal opleveren voor over
de brug trekkende troepen.
De afstand tot den kampongrand blijkt bij het inschieten 850 M.
te zijn; die tot de brug wordt geschat op 400 M. Yan uit de bat
terij gezien projecteert het doel zich 1 M. boven de brug.
De verheffing van de laagste baan boven de richtlijn zal in dit geval
miustens moeten bedragen 10 1=9 M., vermeerderd met de hoogte
van de over de brug trekkende troepen (voor ruiters 2.5 M.) dus 11,5
M. Gebruik makende van de formule vinden we voor die verheffing.
i X 4 X 4,5 13,5 M.
zoodat blijkt dat het vuren niet behoefc te worden gestaakt, wanneer
de colonne over de brug trekt.
b. bij gebruik van Lading No. 2.