211 kwestie, waarbij naar bet gevoelen van het bestuur het ongelijk voor een deel aan de zijde van dit staatje was, vond T. Tjihik aanleiding in het midden van 1897 in dit gebied te vallen, en de tot dat land schap behoorende streek, gelegen tusschen de Kroeng Pandjoi en de Kroeng Blang Meh (of Kroeng Tingkeum) te veroveren en te bezetten. Wel is waar trok T. Tjihik Pasangan in December 1897 op last van den Civiel en Mil. Gouv. zijne strijders van daar terug, doch tenge volge van zijne ophitsingen weigerden de petoeha's en de bevolking dier landstreek het gezag van T. Bintara Istia Moeda te erkennen, zoodat in werkelijkheid toch T. Tjihik Pasangan dat gebied bleef behouden. Ook in Blang Pandjang en in de benedenstreken van Nisam was T. Tjihik Pasangan bezig om de bevolking door middel van zijne vroegere onderhoofden tegen de wettige oelèëbalangs op te zetten. Deze ophitsingen vonden gereedelijk ingang bij de van Pasangan afkomstige bevolking, die met T. Pang Sawang en T. Ri Nisam toch reeds een aantal kwestiëa hadden, te meer daar T. Tjihik hen door verstrekking van geweren en munitie en door het zenden van krijgsvolk in staat stelde het verzet met kans op goeden uitslag ta beginnen en vol te houden. In het begin van 1898 kwam het tot eene openlijke uitbarsting. Toen T. Pang Sawang zelfs in zijn eigen versterking te Manei bestookt werd, besloot hij krachtdadig op te treden, en in ver- eeniging met Nisam en Gloempang II verdreef hij in 2 dagen tijds de hoofden en de bevolking, die zich niet aan zijn gezag ot dat van Nisam wilden onderwerpen. Teu einde Gloempang II het steunen van Sawang en Nisam onmogelijk te maken, deed T. Tjihik Pasangan intusschen een inval in dit staatje, welke echter door tijdig verleende hulp van Sawang mislukte. De bovengenoemde strook tusschen de Kroeng Pandjoi en de Kroeng Blang Meh, die Pasangan dadelijk weder door zijne strijders had doen bezetten, bleef echter in T. Tjihik's bezit, terwijl hij van uit de bezuiden Gloempang II gelegen en aan hem onder- hoorige landschappen Leboe en Lapihan, zijne tegenstanders bleef harceleeren en bedreigen. Het aanvankeljjk succes der verbonden oelèëbalangs was slechts

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1899 | | pagina 225