259
Met zulk eene tabel voor oogen, kan terstond nagegaan worden
of het vuur gelijkelijk over het doel verdeeld is; is het getal werkelijk
getroffen figuren aanzienlijk minder dan hetgeen berekend werd
meer dan 10°/o zoo kan als zeker aangenomen worden, dat het vuur
slecht verdeeld is, dat te veel op het midden werd gericht en de
vleugels dientengevolge te kort zijn gekomen.
III. De snelheid van het vuur, welke bereikt kan worden, zonder de
trefkans te schaden, hangt in de eerste plaats af van de geoefendheid
van den troep en in de tweede plaats van den afstand, waarop ge
schoten wordt.
Bij het schieten toch op de grootere afstanden is het in den aan
slag brengen van het geweer moeielijker en moet langer gezocht
worden naar het doel; proeven hebben dan ook aangetoond, dat op
de kleine afstanden sneller wordt geschoten.
Bij eene goede vuurleiding kan bij het gezamenlijk vuur en het
gevechtssehieten per knielenden man en per minuut gerekend worden
op 400 M en daar beneden 5 schoten
400 700 M. 4 5
700 1000 3-4
1000 1300 2 3
1300 1500 1 2
boven de 1500 1 B
Alsnu kan berekend worden hoeveel schoten door een zeker aantal
schutters, b. v. 100, in eene minuut op de verschillende afstanden kun
nen afgegeven worden, alsmede het te verwachten aantal treffers.
Voorbeeld. 2.
Doel: liggende tirailleurschijf.
Afstand: 400 M.
Volgens tabel B. kan gerekend worden op 8.38 °/0 treffers.
De vuursnelheid bedraagt per geweer en per minuut 5 schoten.
100 schutters kunnen dus in 1 minuut 8,38 X5 41.9 treffers in
de schijf brengen.
Wordt er langer geschoten of door eene sterkere of zwakkere af-
deeling, zoo kan het resultaat naar evenredigheid berekend worden.