301 te bewerken, dat hij het recht verkreeg leeningen en handelsverdra gen te sluiten, dat de troonsopvolging in zijn geslacht erfelijk werd verklaard en dat hem meerdere zelfstandigheid werd verleend; de souvereiniteit van de Porte moest hij echter blijven erkennen en eene jaarlijksche schatting van f 1800.000 opbrengen. Na op deze wijze zijne positie verbeterd te hebben, trachtte hij zijn gebied Zuidwaarts uit te breiden. Hierin slaagde hij door de annexatie van Darfoer ('74). Minder gelukkig was hij in zijn optreden tegen Abessynië, waarmede hij in '77 vrede moest sluiten. Nog immer had Ismail te worstelen met geldgebrek. Üp handige wijze wist Lord Beaconsfield hiervan gebruik te maken, door hem in '75 voor vier millioen pond sterling aandeelen in het Suezkanaal af te koopen. Hierdoor werd Engeland met Frankrijk en Egypte mede-eigenaar van het kanaal en had het dus evenals eerstgenoemde mogendheid actieve belangen in Egypte te behartigen. Gretig nam het dan ook het voorstel aan van Ismail om een zaakkundig persoon naar Egypte te zenden, teneinde aldaar de finantiën te regelen. Er was toen echter reeds zulk een achterstand, dat Sir Care een bankroet bijna niet kon verhoeden. Er werden nu laakbare maatregelen getroffen. Zoo werd in April '76 de eerste betaling van de staats schuld en van de private schuld van den Khedive voor den tijd van drie maanden geschorst, en de stichting van eene amortisatiekas ver ordend. De belastingen werden dit jaar twee malen geheven, amb tenaren ontvingen geen bezoldiging, enz. Frankrijk en Engeland be moeiden zich met de zaak en benoemden daartoe eene commissie; de Khedive werd bij besluit van die commissie verplicht afstand te doen ten behoeve van den Staat van een uitgebreid grondgebied, dat hij zich wederrechtelijk had toegeëigend ('78). Ten einde toezicht te kunnen houden op de finantieele aangelegen heden van Egypte, werd aan Noebar Pacha opgedragen een half Europeesch kabinet te vormen. In dit kabinet zaten een Engelsch- man, Wilson, die met Finantiën, en een Franschman, Blignières, die met Openbare Werken werd belast. De Khedive wenschte zich aan die directe controle te onttrekken, zond in April '79 beide heeren hun ontslag en belastte Sjerif Pacha met de samenstelling van een nieuw kabinet. Tegen deze handeling Dl. I, 1899. 20

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1899 | | pagina 315