MILITAIRE CAUSERIE. Het was heel warm, want 't was elf uur en 't tooneel stelde voor eene Indische kazerne. Een groep oüicieren, groene jeugd en gemelijke ouderdom, kenbaar door grijze hareD, broederlijk door elkaar, stond lusteloos te wachten, totdat de klok van de wacht elf slagen zou doen hooren om dan naar binnen te gaan. Allen waren in het zwart want 't was Zaterdag, en die dag is voor de infanterie de inspectiedag. Van half negen tot elf hadden ze sokken, schoenen, geweren, hemden enz. nagezien en de luitenants hadden nog kunnen toekijken hoe na hen de compagnies-commandant alles eens dunnetjes overdeed en, evenals zij, veel aan te merken had, dit is natuurlijk, vandaar het begrip inspectie. Aan alles komt een einde, zoo ook aan een inspectie; maar toen die geëindigd was en allen zich braaf verveeld hadden en moe waren van het voortdurende staan en het bukkeD, toen ging niemand naar huis want in het orderboekje had [gestaan: Morgen om 11 uur wetenschappelijke vereeniging voor H. H. officieren. Daarom wachtten allen in zwarte uniform, ofschoon het heusch heel warm was. Intusschen werd een slecht gevoed gesprek gevoerd ongeveer als volgt. „Waar zullen ze het vandaag over hebben?" „We zijn nog altijd aan de kanonnen bezig; verduiveld nuttig: ik heb op dit uur altijd zoo'n slaap, maar dat went wel." Een schetsje, historisch en naar waarheid opgemaakt, getiteld: Wetenschap? of Ver nedering Iets over het duel, zooals men dat opvat. Toekoe Oemar's dood en de pa cificatie. Militaire onzin in de Kamer. A. O. 1898 No. 69 of on revient toujours è- ses premières amours. Over tenue bij bezoeken aan officieren met hunne echtgenooten.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1899 | | pagina 346