26
3e. Dat niet alle soldaten zoo worden opgeleid, ligt eerstens aan
de onmogelijkheid, om dergelijke betrekkelijk groote afdeelingen bij
elkander te houden, verder daaraan, dat de leiding door gebrek aan
officieren dikwijls moet worden opgedragen aan jonge, niet voor deze
taak berekende luitenants en nog velerlei omstandigheden meer, die
de oorzaak zijn, dat van een groot deel der afgerichte recruten de
opvoeding tot soldaat onvoltooid blijft; ze worden evenwel als solda
ten beschouwd, trekken te velde, steken ongunstig af bij hunne be
ter onderlegde kameraden, enziedaar de oorzaak van de zoo uiteen-
loopende oordeelvellingen over de waarde van Kromo als soldaat
blootgelegd.
Deze uiteenloopende oordeelvellingen hebben den schrijver doen
twijfelen aan de bruikbaarheid van het inlandsche element in het
leger, wat hem in verband met de conclusiën: dat le het leger in
de toekomst in hoofdzaak zijn kracht zal moeten zoeken in dat
element, en 2e dat met het oog op de mogeljjke aanwending van onze
strijdkrachten tegen de inlandsche rasgenooten van den soldaat, aan
het gehalte van den inlandschen soldaat bijzonder zware eischen moeten
worden gesteld, zeer bedenkelijk voorkomt.
4°. De schrijver wijst op gestadige machtsuitbreiding, die gestadige
uitbreiding van het leger heeft ten gevolge gehad. Tot nog toe wist
het leger, bestaande uit een kern van Europeanen, waar om heen de
groote massa van ons leger, bestaande uit inlandsche soldaten, steeds
op een krachtige, roemrijke wijze zijn taak te vervullen.
Wordt dan door den schrijver verwacht, dat wij onze macht in
onze bezittingen nog meer zullen uitbreiden Welke symptonen
wijzen daarop? Hoe betrekkelijk klein is het gedeelte van onzen
archipel, dat nog niet onder direct gezag is gebracht ten opzichte
van het reeds overheerschte. Dezelfde redenen, die tot nog toe
aanleiding gaven om groote landstreken niet onder direct bestuur te
brengen, waar zelfs de bevolking zulks verlangde, zullen wel altijd
blijven bestaaD.
Machtsuitbreiding zal in den regel dan alleen plaats vinden, wanneer
daarmee bepaalde voordeelen kunnen worden behaald, en de uitgaven
voor bestuur, bezetting enz. worden gecompenseerd door met zekerheid
te verwachten inkomsten.