404
10e Soedaneesche bataljon, Comd'. Nason Bey.
idem id Jackson Bey.
2e Egyptische bataljon, id Pink Bey.
2" brigade, Comdt. L'. Kol. Maxwell.
12 Soedaneesche bataljoD, Comd'. Townshend Bey.
13c idem id Callison Bey.
146 idem id Shekleton Bey.
8e Egyptische id Kiloussi Bey.
3e brigade, Comd'. Kol. Lewis.
3« Egyptische bataljoD, Comdt. Sillem Bey.
4" idem id Sparkes Bey.
idem id Hickman Bey.
idem id Pathy Bey, een energiek
Egyptenaar.
De le brigade was gelegerd in Berber, de 2e tusschen Berber en
de Atbara, nabij Essilem, en de 3° aan de Atbara.
De sterkte van elk bataljon was ongeveer 700 man, zoodat de
brigade omstreeks 2800 man telde.
De Egyptische cavalerie telde 8 eskadrons, stond onder de bevelen
van L'. Kol. Broadwood en was voorzien van „galopping Maxims".
Zij was over de drie brigades verdeeld.
De artillerie telde 5 batterijen en werd gecommandeerd door L'.
Kol. Long.
Bij de 3e brigade waren nog ingedeeld 2 compagnieën van het
kameelkorps.
Het totaal der divisie Hunter bedroeg ongeveer 10.000 man en
46 stukken geschut.
De infanterie was bewapend met het Martinigeweer.
De Britsche brigade onder gen. maj. Gatrace, was gelegerd te
Debeika, één mijl ten Noorden van de 2e brigade. Die brigade
bestond einde Februari uit slechts 3 bataljons, n.l.
le Lincolnshire, Comd Kol. Yerner.
Sir Kitchener heeft zijn succes voor een goed deel te danken aan den krachtigon steun
dien h,j mocht ondervinden van den bekenden Slatin Paclia, die als kolonel den veldtocht
medemaakte, en die evenals de Kolonel Wingate, een bekend orientalist, den Sirdar de
nuttigste inlichtingen wist te verschaffen.