448 Was het geen crime steeds over gebrek aan transportmiddelen tehoo- ren klagen en dit zelfs te hooren aanvoeren als een der redenen, waar om onze colonnes zoo weinig beweeglijk waren, en dan tegelijkertijd te zien dat per Europeaan, Amboinees en Afrikaan en per dag 1 d. L. jenever met zijn hoogst onpractische verpakking moest worden mede genomen. Een andere vraag is, had men den soldaat niet op de een of andere wijze moeten vergoeden, wat men hem ontnam. M. i. ware invoering van een suikerration gewenscbt geweest. Maar wat in alle Europee- scbe legers mogelijk is en goed blijkt te zijn, moest hier weder beproefd worden en. bleek weder onbruikbaar. O proef en beproeven, gij beiden zijt voor ons Indisch leger uitvindingen des duivels, ware beproevingen! Proeven wezen uit dat olifanten in Neder landsch-Indië niet te gebrui ken zijn, dat een ballon-captif daar geen dienst kan doen, dat elders bruikbaar schoeisel in onze tropen niet voldoet enz. 1 Wanneer zal het legerbestuur eens met een enkele pennestreek ook voor Indië invoeren, datgene wat elders goed voldoet en ook voor ons zoo hoog noodig is. Wilt gij groote en kleine grootheden dan aan uwe proef-manie den vrijen teugel laten, welnu beproef dan verder tot in bet on eindige en stel eventueel mogelijke wijzigingen en verbeteringen voor, maar ingevoerd dient te blijven dat, wat eenmaal ingevoerd werd. Had men dit reeds vele jaren geleden ter harte genomen, dan zouden wij nu een sawah-artillerie rijk zijn met olifanten bespannen, die overal komen zou, dan hadden wij reeds lang vele moderne nieuwigheden in ons leger gehad die in geen enkel modern leger behalvo het onze ontbreken, dan zouden onze arme inlandsche soldaten, die wanneer zij Amboinees of marechaussee heeten geschoeid zijn, reeds gedurende jaren niet meer gedwon gen zijn om barvoets door randjoeversperringen te stormen enz. enz. Tarchüs. Algemeene Onder 1899 No. 20. „Bij voorkeur moeten alzoo bij aankomst uit Nederland niet bij de „depotbataljons worden geplaatst de van het Nederlandsche bij het „Nederlandsch-Indische Leger gedetacheerde officieren, officieren die pas „benoemd zijn, zoomede het kader, dat vroeger niet hij de Infanterie in Indië een graad heeft bekleed. „Onderluitenants en Adjudanten-onderofficier dienstdoend officier „kunnen geacht worden bijzonder geschikt te zijn voor den dienst bij de „depotbataljons". Aldus een tweetal alineas van de bij A. O. 1899 No. 20 vastgestelde „Instructie betreffende de depotbataljons enz." Een ieder zal voorzeker met de eerste alinea instemmen. Zou het echter niet de bedoeling geweest zijn de tweede alinea on-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1899 | | pagina 462