57
zijne benden zich versterkt heeft te Tamséh en dat de toegang
daarheen, de kloof Beniët, sterk bezet is. Deze kloof is een uur
gaans langdaar doorheen loopt het pad, tevens rivierbed, naar
Tamséh. Met boomstammen is deze kloof versperd. Volgens som
migen zou ook Beungga bezet zjjn; hoewel niet waarschijnlijk, moet
er dus op gerekend worden, dat ook de weg daarheen verdedigd wordt.
Uur van afmarsch: 7 uur V. M.
Te volgen weg: Langs het rivierbed en waar noodig tevens over
de heuvels wordt opgerukt naar Beungga, een nederzetting aan de
rivier op 11 K. M. (1) van hier.
MarschindeelingAls gisteren
Plaats bevelhebber: Als gisteren.
Om 7 uur V. M. afgemarcheerd, werd te 8 uur 30 de kleine kam
pong Gfeunië, te 10 uur 30 Beungga bereikt, zonder dat iets van den
vijand was bespeurd. De gevolgde weg liep langs en door de Pidië-
rivier, die hier door een vallei stroomt van 100 tot 1000 M. breedte,
welke aan beide zijden door 300 a 400 M. hooge heuvels is omgeven.
Daar Beungga nog 6 K. M. van deu ingang der kloof verwijderd
was, en de bevelhebber met het oog op den grooten tegenstand, die
daar verwacht werd, liefst zoo vroeg mogelijk voor 's vjjands stelling
wilde aankomen, werd dezen dag niet verder gemarcheerd, doch in
de vrij armoedige kampong het bivak betrokken. Ook hier ging de
nacht ongestoord voorbij.
Marschbevel voor den 24sten Aug. '98. Bivak Beungga, 5 uur N. M.
De marechaussees met de genietroepen en de Europeesche com
pagnie van het 14Je Bat™, marcheeren morgen ochtend te 5 uur
Y. M. af in de richting van Tamséh. Met deze colonne gaan de
bevelhebber en de Staf mede.
De overige troepen en de trein volgen om 6 uur onder bevel van den
Luit. Kol. v. L oenen, de trein tusschen de beide achterste compagnieën.
De berichten omtrent den vijand luiden als in het bevel voor beden.
De colonne Willems moet morgen uit de richting van Tirö en
over het gebergte in Tamséh aankomen, dus uit het Z. O. ten op
zichte van onze richting.
Plaats bevelhebber', als gisteren. De bevelhebber.
1) Dit bleek later te zijn 12V4 K. M.