68 maar met rijpe ervaring, dat die krijgsschoolopleiding voor de waar neming van het civiel bestuur onnoodig is en dan is 't schadelijk haar als eisch te stellen, omdat men daardoor de keuze uit velen beperkt tot die uit weinigen. Ik geloof niet te veel gezegd te hebben, toen ik aan het begin dezer beschouwingen zeide, dat ik het besluit omtrent de reorganisatie van het korps marechaussees onder de militaire raadselen rangschikte. Yeel heil is er dan ook m.i. niet van te verwachten, wel veel nadeelen. Het plan moet verder bestaan de functie van hoofdofficier bij dat korps op te dragen aan een der commandanten van de garnizoens bataljons op Atjeh. (1) De totale sterkte zal worden bepaald op 60 brigades, zijnde 15 afdeelingen of 5 divisiën of 1020 man Had men in die kapiteins van de marechaussees nog een goede reserve aan generale stafofficieren, dan zou men nog binnensmonds kunnen mompelen: „handig gemanoeuvreerd", want men zal weten, dat de wel overwogen voorstellen tot hoognoodige uitbreiding van den generalen staf goedgunstig zijn gewezen van de hand van wege de kosten. Alsof expedities, die uit gebrek aan gegevens onvoldoende worden voorbereid en daardoor échec lijden, ook niet handen vol geld kosten, om niet van de overige nadeelen te gewagen. Maar dit par paranthèse, een stafkapitein zal bij de marechaussées het zoo volhandig hebben, dat hij als stafofficier maar heel weinig waarde zal hebben als hij geruimen tijd daarbij blijft en de officieren vaak af te wisselen, verdient heelemaal geen aanbeveling, met het oog op de zoo noodige bekendheid met den troep en terreinkennis, terwijl ook de waarneming van het civiel bestuur eischt, dat er zoo min mogelijk variatie in de titularissen zij. Die reserve aan stafofficieren zouden we vooral noodig hebben bij mobilisatie van het geheele leger, d.i. dus bij den strijd tegen een buitenlandschen vijand, maar juist dan zal ook het korps marechaussées voor den guerilla een groote waarde hebben en er dus niet aan ge dacht kunnen worden onder die ernstige omstandigheden het korps van zijne officieren te berooven. (1) Het schijnt, dat bet plan is den Plaatselijken Commandant van Kota-Radja met het bevel te belasten.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1899 | | pagina 80