630 en die daarbij blijken gaf in onze Indische oorlogen slechts een matig gebruik van cavalerie mogelijk te achten. De gebeurtenissen in 1696 op Atjeh medegemaakt hebbende, vroegen wij nogmaals zijn meening en het is ons thans een genoegen te kunnen mededeelen hoe hij daarop ver klaarde geheel van zijn opinie te zijn teruggekomen, na gezien te hebben hoedanig de cavalerie in die dagen gebruikt was geworden en wat zij had kunnen presteeren. Het boek van den heer de Lannoy zal zijn lezers ongetwijfeld vmden, ook daarom kunnen wij ons ontslagen achten van de taak het aan te

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1899 | | pagina 102