667
„keld, dag en nacht onafgebroken bedrijf te zwaar op den prijs van
„de betrekkelijk geringe hoeveelheid benoodigd gas zou drukken om
„het gaslicht voor ongeveer den prijs van petroleumlicht te kunnen
„leveren, wat het systeem-van Vriesland wèl vermag.
„Door het plaatsen van muntmeters zal het besproken zindelijke,
„makkelijke gaslicht zeker toegang vinden tot alle klassen van woniDgen,
„ook diegene, welke zich vroeger met het goedkoope maar gevaarlijke
„petroleumlicht behielpen.
„Het komt ons voor dat dit gas vooral een toekomst heeft ter ver
hanging van de gevaarlijke petroleumverlichting. Het is voor de
„concurrentie met dat licht volkomen berekend, daar het niet meer
„behoeft te kosten dan let. per uur en per brander, wat ongeveer de
„prijs is van petroleum. Daarvoor heeft men dan licht van 40 kaarsen.
„Bij toepassing van den muntgasmeter zal de werkman dus voor
„21I2 cent gedurende 21/2 uur een zeer fraai licht in zijne woning
„kunnen hebben. Dezelfde voordeelen biedt het gas aan voor verwar-
„ming en voor drijfkracht. Als voorbeeld werd ons gisteren genoemd
„de melksuikerfabriek te Uitgeest, directeur Dr. G. Hondius Boldingh,
„waar dit nieuwe gas uitstekend voldoet tot het drijven van een motor.
„Geen wonder dan ook, dat dit gas nu reeds zeer de aandacht heeft
„getrokken in het buitenland, waar de heer van "Vriesland voor zjjne
„vinding allerwege zich van een patent heeft voorzien.
„Te Zurich in Zwitserland heeft men er dadelijk, volgens het patent
„van onzen landgenoot, een proef op grooter schaal mede genomen.
„Hier te lande vormde zich een consortium bestaande uit de heeren
„Mr. A. H. van Nierop te Hilversum, Pres., Mr. K. J. Abbring
„Hingst te Amsterdam, L. Dikkers, bankier te Almelo, J. H. v. d.
„Meulen Jr. te Amsterdam, Penningm. en T. van der Zee te Breukelen,
„Secretaris. Dit consortium verzekerde zich van het Belgische patent
„van den heer van Vriesland om diens toestel hier te lande in exploita-
„tie te kunnen brengen, waartoe zich eerlang eene Maatschappij zal
„vormen en een beroep op de geldmarkt zal worden gedaan, dat zeer
„zeker niet onbeantwoord zal blijven.
„De bovengenoemde technici, o. a. de deskundigen, die de zaak tot
„stand brachten, de heeren v. d, Made, Dr. Hondius Boldingh, Dr.
J. K. van der Heide en Dr. W. F. Prost, allen schei- en natuurkun-
