668 „digen te Amsterdam waren gisterenavond met de vertegenwoordigers „der Nederlandsche pers, de gasten van het Consortium. „Aan het bovenstaande, ontleend aan het „Dagblad van Zuid-Holland „en 's Gravenhage" voegen wij het volgende toe: „Ook onze Redactie was, op beleefde uitnoodiging van het Consor tium, te Breukelen vertegenwoordigd. „De wijze van gasbereiding kwam ons voor, zeer doelmatig en „gemakkelijk te zijn. „Het warmtegevend vermogen van het gas is, volgens opgaaf, „grooter dan dat van steenkoleDgas, maar hangt natuurlijk af van de „mate van carburatie. Er waren niet anders dan gloeilichten voor „de verlichting toegepast, zoodat wij over de verlichting met open vlam- „men of Argandbranders niet konden oordeelen. De gloeilichten maak ten een schitterend effect; als men echter in aanmerking neemt, dat „eene drukking van 40 c.M. in de leiding aanwezig was en dat de „branders van bijzondere constructie voor deze hooge drukking waren, „dan rijst de vraag of de schoone verlichting niet grootendeels hare „goede eigenschappen aan de hooge drukking dankte, en welk aan- „deel de kwaliteit van het gas daaraan had. Dat er geen conden satie in de leidingen voorkomt, moet geweten worden aan het feit, „dat de lucht met koolwaterstoffen verzadigd worde bij hoogere druk- „king, dan waaronder zij in de leidingen komt. „Hoe de gelijkheid van kwaliteit in koude wiaterdagen, tegenover „heete zomerdagen, gehandhaafd zal kunnen worden, is ook voor de „deskundigen, die het consortium ter zijde staan, naar wij meenen, „nog een onopgelost vraagstuk, maar wij zijn overtuigd, dat deze en „andere moeilijkheden, die zich in de praktijk kunnen voordoen, „eene voldoende oplossing zullen vinden, nu men er in geslaagd is, „zulk eene schoone verlichting op zulk eene eenvoudige wijze te verkrijgen 1). „Ons is door den heer van der Zee eene uitvoerige beschrijving „met afbeeldingen toegezegd, en wij hopen onze lezers dus in het „volgend nummer geheel op de hoogte te kunnen brengen van deze 1) Wij brachten in de maand December een bezoek aan Breukelen en daar verzekerde men ons, dat het veranderen der jaargetijden nog niet van invloed was geweest op de kwaliteit van het licht. v< b.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1899 | | pagina 140