706 Blijkens artikel 1 van het reglement is het doel der vereeniging de bevordering van de hippische sport onder de officieren te Batavia en Meester-Cornelis in garnizoen. Hieruit volgt, dat niet alleen de collega's der bereden wapens kunnen toetreden, doch ieder officier, die slechts over een rijpaard kan beschikken, mits dit paard niet be neden de maat is (artikel 18). Eenige verwondering mag het daarom wel baren, dat tot nu toe slechts een dertigtal heeren als lid zijn toegetreden, niettegenstaande het aantal van hen, die in het bezit zijn van een rijpaard, zoo groot is. Velen hebben zich misschien laten weerhouden uit vrees, dat de ritten te groot, de hindernissen te zwaar en dus de eischen, aan rui ter en paard te stellen, te hoog zouden zijn. We kunnen hen even wel gerust stellen, daar het bestuur, naar we vernomen hebben, als beginsel heeft aangenomen om aanvankelijk de ritten en de te stellen hindernissen niet te groot te nemen en deze slechts geleidelijk te verzwaren. Voorloopig moet dan ook afgezien zijn van het uitschrij ven van races. Laten zij dus, die om genoemde reden nog niet zijn toegetreden, zulks alsnog doen en wij zijn overtuigd, dat zij zich niet teleurgesteld zullen zien. Wellicht is het voor enkelen niet overbodig er hier met nadruk op te wijzen, hoe wenschelijk, ja noodzakelijk het is, om hun paard niet alleen te berijden bij de Zondagsche tochten, maar ook geregeld een paar keer in de week; dit is niet alleen in hun belang, maar vooral ook in dat van hun paard. Hoevelen zijn er niet, die een paard op stal hebben staan, zonder er eenig nut van te hebben en het slechts bij hooge uitzondering berijden. Die doodvreters loopen met grasbuiken rond, alsof ze stelsel matig vet gemest worden; brengt men die paarden in het terrein, dan weigeren ze voor eiken plas of greppel en spoedig zjjn ze buiten adem en oververmoeid. En geen wonder ook; zij zjjn niet getraind en hebben niets geleerd, en mocht dit laatste wel het geval zijn, dan hebben zij tijd te over gehad om alles te vergeten. Behalve de zooeven bedoelde personen zullen er wellicht ook en kelen zijn, die niet als lid zijn toegetreden, omdat ze eerst eens wil den zien of de vereeniging levensvatbaarheid toont te bezitten. De

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1899 | | pagina 178