AFSCHAFFING DER COMPAGNIES ADMINISTRATIE.
Lezers van dit tijdschrift herinneren zich wellicht, dat in de
4e aflevering van den vorigen jaargang door ons reeds werd gewezen
op de mogelijkheid, om compagnies-commandanten van het zoo lastig
en tijdroovend geldelijk beheer te ontheffen.
Van verschillende zijden ontvingen wij blijken van instemming
daarmede, en werd ons o. m. de vraag gesteld, of niet op nog meer
ingrijpende wijze vereenvoudiging in den administratieven dienst van
den compagnies-commandant ware te brengen.
Verschillende omstandigheden weerhielden ons, destijds dat vraag
stuk ter hand te nemen en konden wij eerst onlangs daartoe geraken.
Overgaande tot de behandeling van het onderwerp, leiden wij dit in
met een overzicht van den administratieven werkkring van den com
pagnies-commandant en van het hem daarbij ten dienste staande
personeel.
Bljjkens artikel 1 der Instructie voor het voeren der administratie
bij compagnieën en detachementen, is de commandant eener compagnie
tevens haar administrateur en behoort als zoodanig te zorgen, dat zijne
onderhebbende manschappen overeenkomstig de bepalingen worden
betaald, gevoed, gewapend en gekleed.
Hij is, op grond van art. 2 dier Instructie, verantwoordelijk voor
de ten behoeve zijner compagnie ontvangen gelden, goederen, vivres
en fourages en geldelijk aansprakelijk voor alle schade, den lande door
onnauwkeurige administratie, als anderszins, berokkend.
Wel gaat door het bepaalde in art. 22 der Instructie voor het voeren
der administratie bij korpsen en garnizoenen, zooals dat artikel laat
stelijk bij de alg. order N°. 58 van 1898 werd gewijzigd, die aan
sprakelijkheid voor een groot deel op den betrokken kwartiermeester