760
de troep in marschtenue gekleed moet zijn, is mij niet erg duide
lijk. Gelukkig wint nu langzamerhand het idee veld, dat deze
regel dient te vervallen. Laat ons toch niet in een vredesgarnizoen
van den man eischen, wat hij in oorlogstijd Diet behoeft te doen.
Onderhoudt gedurende den marsch eene strenge marschdisciplice,
en hiermede is eigenlijk alles gezegd.
Hoe gemakkelijk neergeschreven, doch hoe moeilijk de uitvoering
hiervan is, zal menigeen reeds ondervonden hebben. Strenge maat
regelen zullen in den aanvang daartoe noodig zijn, doch gaandeweg
zal de troep er aan gewend raken.
Hoewel na het signaal of waarschuwing „rust" de geweerdra-
genden het geweer over den rechter- of linkerschouder kunnen dra
gen, pas ik dien regel zoodanig toe, dat op commando de geheele
compagnie nu en dan het geweer over draagt, omdat het op den
duur vermoeiend is, het geweer aan den schouder te dragen.
Laat men den soldaat vrijheid in het dragen van zijn geweer,
dan draagt hij het dikwijls op zoodanige wijze, dat het hinderlijk
is voor zijne nevenlieden.
Wanneer in het garnizoen gelegenheid is om marschen en oefe
ningen in het bergterrein te makeD, dan verdient dit aanbeveling,
omdat die oefeningen meer van de beenspieren van den man vergen
en deze zoodoende gestaald worden. Bovendien hebben die oefeningen
hunne eigenaardige moeilijkheden, waarmede de troep vertrouwd
moet raken. Eischt in den aanvang niet te veel, laat desnoods
zoo'n marsch meer gelden als oefening in klimmen en dalen, dan
als marschoefening, doch brengt gaandeweg den troep zoover, dat
hij ook in bergterrein steeds slagvaardig is, d. i. steeds opgesloten
en op adem. Uit den aard der zaak moeten deze marschen geleerd
worden.
Hetzelfde geldt ook van de nachtmarschen.
Om het oriënteeringsvermogen van den man te hulp te komen,
verdient het aanbeveling om den af te leggen afstand eerst over
dag te doorloopen, waarbij men indachtig zij om de nachtmarschen
eerst op groote wegen te beoefenen, en daarna den marsch hoe
langer hoe moeilijker te maken (door kampongs, over voetpaden enz.)
Zouden, eerlijk gesproken, die marschoefeningen (nl. in vlak ter-