555
alleen uit, dat de toepassing ervan niet aan het doel zal beantwoorden,
maar ook dat de disciplinaire rechter, hoeveel vrijheid hem ook wordt
gelaten, dikwijls onbillijk zal moeten zijn.
Immers de disciplinaire straffen zijn naar zwaarte gerangschikt en
deze rangschikking geldt zoowel voor Europeaan als inlander, de
betrekkelijke zwaarte der straf is dus voor beiden gelijk, terwijl de
volstrekte zwaarte ten eenenmale verschilt. Ik bedoel het volgende.
Veertien dagen van eenzame opsluiting (provoost) wegen bij een Euro
peaan veel zwaarder dan bij een inlander en toch kan men niet, van
deze wetenschap uitgaande, door toevoeging van de verzwaringen te
water en rijst en gesloten in de boeien, deze ongelijkheid eenigszins
trachten uit te wisschen, omdat zoodoende het onderling verband
tusschen de verschillende straffen verloren gaat. Dan zou een inlander
b.v. veel eerder in aanmerking komen voor plaatsing in de 2de klasse
wan milit. discipline dan een Europeaan, terwijl deze straf in zwaarte
vrijwel voor beiden gelijk staat.
Zoowel dus uit een oogpunt van zedelijkheid straffen moeten
dienen om iemand te weerhouden van het doen van strafbare hande
lingenals uit een oogpunt van billijkheid is het noodig om voor
inl. militairen eene andere reeks van disciplinaire straffen vast te stellen
dan voor Europeesche. Dat er echter straffen zullen zijn, die zoowel
passen in het eene stelsel als in het andere, behoeft geen betoog en
even duidelijk is het, dat gelijke straffen, in uitwerking niet gelijk
staande, in het eene stelsel op eene andere plaats behooren te staan
dan in het andere. Met bet oog echter op de practijk zal het aan
beveling verdienen om in een dergelijk geval dezelfde straf onder
verschillende benaming in de beide stelsels op te nemen, om daardoor
bij den minder ontwikkelden militair ook den schijn van onbillijkheid
te vermijden.
"Welke straffen komen nu voor den inlander als disciplinaire
straffen in aanmerking? In de eerste plaats moet dan genoemd
worden de geldboete. Is de Europeaan bijzonder gevoelig als
men aan zijn beurs komt, de inlander is dat zeker niet minder.
Heeft ieder inlander al weinig noodig, de inlandsche militair, die
niet behoeft te zorgen voor huisvesting, kleeding en voeding, is met
enkele centen daags een heer. De inlander, geboren lekkerbek als