803 Het is niet noodig te vergen bij de eerste serie reeds 7 treffers te verkrijgeneen volgende keer is hij nog in de gelegenheid te voldoen en intusschen maakt hij gedurende 1 minuut die baan onveiliger, dan wanneer hij levendig tirailleurvuur afgeeft. Dit laatste vuur wordt op grootere afstanden afgegevensnelvuur daarentegen steeds op korte afstanden en in beslissende momenten en dat juist moet de man leeren. Geschiedt het zoo niet, dan geeft de man, in gevaar zijnde, vlugger vuur af en verkrijgt minder treffers, omdat hij nooit zoo vlug heeft geschoten. 204 en ook de Inhoud bladzijde van het Register geven een Naamlijst van de met revolver bewapenden. Het voorschrift be treffende de revolver doet zulks echter niet. De Staten II en III zijn nu met elkander in overeenstemming gebracht. Een bezwaar blijft het schietregister echter behouden. Na elke individueele oefening heeft de officier, die met het aanhouden van het Register is belast, twee drie uren daarvoor noodig. Vereen voudiging is daarom nog zeer gewenscht. Nog enkele opmerkingen vinden hier hun plaats. In den aanvang heb ik reeds op het feit gewezen, dat er eene 4e klasse S.S. vrije oefeningen bestaat. Voorloopig zullen we wel geen last hebben om de verschoten patronen te boeken van de S.S. „vrije oefeningen". Maar zij kunnen er mettertijd komen en wij wenschen zelfs, dat er velen komen. Nu worden die patronen geboekt in staat III onder C. Daar is niets tegen, vooral als zij werkelijk eene oefening uit C. doen. Maar hoe nu, indien zulks niet het geval i® en als ZÜ schieten in niet-reglementaire houdingen. Mij dunkt, dat het wenschelijker zou zijn eene letter D. daarvoor aan te nemen', terwijl de afstanden, houdingen en schijven in de inhoudsopgave of elders zouden kunnen worden opgenomen, ook omdat de C.Oin het vaststellen dier oefeningen geheel vrij zijn. Overbodig is de onderstreeping van A1 bij Veltema 48791 op 14 Februari. Men wist op 14 Februari nog niet dat die Europeesche fuselier niet over zou schieten. Daarentegen is het zeer gewenscht de oefening wel te onderstreepen, wanneer de man de achterlijke oefeningen begint in te halen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1899 | | pagina 283