IETS OYER DE NEUTRALITEIT YAN NEDERLANDSCH INDIÉ.
Bij de thans geldende meeniDgen kan men het als vaststaande
aannemen, dat onze buitenlandsche politiek bij eventueele verwikke
lingen tusschen de groote mogendheden, er naar streven zal eene
neutrale houding aan te nemen. Een deugdelijk ingericht defensie
wezen is dan onmisbaar, om die zoo zeer gewenschte neutraliteit te
handhaven, zoowel in Europa als in den Indischen Archipel. De
wijze, waarop in Europa onze neutraliteit gehandhaafd zal moeten
worden, is in Nederland ernstig bestudeerd en men mag gerust aan
nemen, dat bij een toekomstigen oorlog tusschen Frankrijk en Duitsch-
land welke voor ons in dit opzicht de gevaarlijkste zou zijn
onze troepen er op voorbereid zullen zijn eiken indringer met alle
beschikbare krachten, desnoods met opoffering van groote kunstwer
ken (spoorwegbruggen bv.) tegen te houden.
In Nederlandsch-Indië wil men zich tot de verdediging van Java
beperken. In hoeverre of eene dergelijke, plaatselijke verdediging, waar
zoo vele andere rijke eilanden voor ons van het grootste belang zijn, in
een oorlog, waarbij Nederland rechtstreeks betrokken is, aan het
beoogde doel zal beantwoorden, willen wij hier buiten beschouwing
laten, doch daarentegen de vraag stellen: is Nederlandsch-Indië
bij machte, zoo noodig, zijne neutraliteit krachtig te hand
haven
Alvorens verder op deze vraag in te gaan, willen wij eerst trach
ten aan te geven door welke oorzaken eene oorlogvoerende groote
mogendheid er toe zou kunnen overgaan de neutraliteit van Insu-
linde te schenden.
Was tot voor eenige jaren Afrika het eenige werelddeel, waar de
onderling wedijverende Europeesche mogendheden de beschaving ver
breidden met het doel hare industrie nieuwe afzetgebieden te ver
schaffen en haar handel nieuwe wegen te openen, thans ia Oost-Azië