894 Bij het overgaan van den spoordijk weerklonk plotseling van den rechtervleugel het signaal „hop, hop" ten teeken, dat men den vos gezien had. De jagermeester liet thans de jagers los. In een breed front ging het in snellen gang voorwaarts. De vos scheen aanvan kelijk langs den rechtervleugel te ontkomen, doch hij zag spoedig in, dat dit door de jagers bespeurd werd. Plotseling maakte hij keert en brak nabij den linkervleugel door op de hielen gevolgd door eenige jagers w. o. de Ritmeester Jhr. de Lannoy en de Lui tenants Tergast en Tückermann. Deze laatste kwam hem terzijde, strekte reeds den rechterarm uit naar den strik, welke de vos op den linkerschouder had, toen de vos plotseling inhield en achter den jager langs links heenschoot op den hoogen spoordijk af op den voet gevolgd door zijn belagers. Het was een aardig gezicht de paarden in woeste vaart tegen den spoordijk op te zien rennen. De vos hield zich kranig en bereikte de andere zijde, waar hij zich op veilig ter rein bevond. Eere, wien eere toekomt, Reintje de vos was den jagers te slim afgeweest. Hierop werd verzameld en de deelnemers, thans vergezeld door den vos, begaven zich naar de cantine der cavalerie te Rijswijk, waar afgestegen werd en een uurtje onder gezelligen kout werd doorgebracht. Hier werd tevens den Heer Schneider medegedeeld, dat hem een karwats als prijs was toegedacht, welke hem eerstdaags overhandigd zou worden. Alvorens te eindigen kan ik niet nalaten den wensch uit te druk ken, dat de jeugdige vereeniging nog lang leve, in bloei toeneme en dat nog menige vossenjacht gehouden moge worden zoo geani meerd als de eerste van den 6dea Augustus j.l. Weltevreden13 Augustus 1899. F.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1899 | | pagina 374